Boeren op de grens

Schrijven over de landbouw in de grensoverschrijdende Westhoek is moeilijk, omdat grensoverschrijdende informatie ontbreekt. Filip Boury beschrijft de landbouw in deze grensregio, anno 2018, vanuit de invalshoek van de boer(in).

Schrijven over de landbouw in de grensstreek is geen gemakkelijke opdracht. Ondanks jaren grensoverschrijdende samenwerking is hierover geen recente vergelijkende informatie beschikbaar. We missen de gegevens die ons garanderen dat we het aan beide kanten van de grens over hetzelfde hebben. Enkel in “Datafolio transfrontalier” van de “Agence d’Urbanisme de Dunkerque”(1) konden we nuttige informatie vinden, waaruit we een aantal conclusies plukten. Ons verhaal baseerden we daarom vooral op gesprekken met boeren, hun vertegenwoordigers en hun adviseurs. We beschrijven de landbouw in de grensregio anno 2018 vanuit de invalshoek van de boer(in).

Een verschil in dynamiek

We hebben het vooral over de grensoverschrijdende Westhoek : het arrondissement Duinkerke in Frankrijk en de arrondissementen Diksmuide, Ieper en Veurne in België. Het gaat hier om de kleinste gebiedsomschrijving van het begrip Frans-Vlaanderen.

Het is een uitgesproken plattelandsgebied tussen de kust en de metropool Kortrijk-Rijsel met zeventig procent van het grondgebied in landbouwhanden, in de Belgische Westhoek net iets meer. Centraal liggen er gemeenten met meer dan drie vierden landbouwoppervlakte. Door verstedelijking en uitbouw van groengebieden vermindert deze landbouwoppervlakte, net iets meer in West-Vlaanderen dan in de “Côte d’Opale”(een samenwerkingsverband van gemeenten aan de kust van Duinkerke tot Berck). Het ruimtebeslag, ruimte ingenomen door onze steden en dorpen, nam in het arrondissement Ieper en in la Communauté de Communes Flandre Intérieure, beide in het zuiden van de grensoverschrijdende Westhoek, toe met 9 % of in totaal 1511 ha. Verontrustende cijfers.

De bodem, het klimaat en waterhuishouding tekenen de landbouw. Aan Belgische zijde spreekt men naar gelang de bodem van de polder, het zandleem- en leemgebied. De Fransen delen de leemstreek nog op in “la Flandre intérieure” en “La Lyse” omwille van de verschillende waterhuishouding.