Context bij cultuur in Vlaanderen en Nederland

Publicaties

Context bij cultuur in Vlaanderen en Nederland

Werkplaats VL ⇄ NL
0 Reacties
edito Nederlands is een werkwoord

Werkplaats VL ⇄ NL

Onze taal is levende materie, schrijft hoofdredacteur Hendrik Tratsaert in zijn woord vooraf bij het eerste nummer van 2023, met als thema ‘Nederlands is een werkwoord’.

De Staat van het Nederlands: op de redactie begonnen wij aan de discussies over ons nieuwe uitgelichte dossier, met focus op onze taal, in de vaste overtuiging dat we daar wel eens een foto van zouden nemen. Wij zouden die dan publiceren in afgewogen artikelen die tonen hoe “het Nederlands” er vandaag voorstaat.

Het resultaat, zo blijkt uit dit nummer, is geen foto maar een bewegend beeld. Het Nederlands is levende materie die nooit stilstaat en waarover voortdurend discussies aan de gang zijn. Het lijkt een beetje op zo’n echtpaar dat bij elkaar blijft zolang er geruzied wordt (gesteld dat er in het Nederlands maar twee partijen zouden zijn, in de feiten zijn het er natuurlijk meer).

In het openingsartikel schetst Marc van Oostendorp omstandig en precies waarom de 24 miljoen moedertaalsprekers van onze taal het nooit eens zullen worden over het Nederlands. Het wordt een “pluricentrische” taal genoemd, maar wat is dat dan? Zeker niet wat bijvoorbeeld in Frankrijk al sinds eeuw en dag als norm geldt onder de noemer la francophonie. Daar rekent het centralistisch denkende Frankrijk ook de overzeese gebieden bij (les outre-mers), ex-kolonies inbegrepen, terwijl Parijs, het Jakobijnse middelpunt, beslist. Het heeft zijn voordelen, maar zo werkt het hier dus duidelijk niet.

Toch lijkt in Vlaanderen de benadering van het begrip standaardtaal in de geest sterk naar Frans voorbeeld gemodelleerd. Anders gezegd: de taal geeft vorm aan de cultuur en bestaat uit regels die je vastlegt. Van Oostendorp merkt terecht op dat die houding veel te maken heeft met de lange, woelige voorgeschiedenis van taalemancipatie. In Vlaanderen moest men het Nederlands als gemeenschappelijke taal gedurende ettelijke decennia bevechten op een veelvoud van dialecten en op het Frans als officiële taal van de natiestaat België. Heel anders is de benadering in Nederland. Uit alles blijkt dat men er taal als iets instrumenteels, iets organisch ziet en beleeft. Er moet niet te veel vastgelegd worden, taal leeft, taal evolueert. Het is een vanzelfsprekend gebruiksvoorwerp. Stijl en esthetiek komen later wel, als mogelijk bijproduct.

Er gedijen zoveel soorten Nederlands dat het zoeken wordt naar vormen van gemeenschappelijkheid, naar gemene grond

Er is dus een reëel spanningsveld tussen de fundi’s en de realo’s. De Vlaming hunkert naar het ideaal van de standaardtaal, de Nederlander leeft zonder omkijken met de verschillen. Tussen die zienswijzen moet de consensus vallen als men het gemeenschappelijk wil houden. Onder meer om die redenen dicht Geert Buelens een wereldwijde, op Franse leest geschoeide “neerlandofonie” weinig kans toe. Onomwonden noemt hij zijn stuk “een pleidooi voor een neerlandistiek zonder centrum”. Helemaal op het ritme van deze tijd refereert hij aan Édouard Glissant, de visionaire filosoof en bedenker van de “archipelgedachte”, vermits wij toch met zijn allen door water verbonden zijn: gelijk, gemengd en creoliserend. Anno 2023 klinkt het minder vergezocht dan toen het begrip in de vorige eeuw werd gelanceerd.

Ons taaldossier ‘Nederlands is een werkwoord’ omvat in totaal zeven stemmen die een actueel aspect van onze taal beschrijven en in context plaatsen: van jongeren en digi-taal via het wel en wee van de groeiende verengelsing tot een Britse neerlandicus die zich telkens aangesproken weet op zijn accent, en die deze opmerkingen pareert in het belang van elke nieuwkomer.

Het mag duidelijk zijn: er gedijen zoveel soorten Nederlands dat het zoeken wordt naar vormen van gemeenschappelijkheid, naar gemene grond, common ground, om te delen en verder af te spreken.

Taal is maar een van de vele aspecten die Vlaanderen en Nederland binden. Een reden te meer om met de lage landen de gloednieuwe rubriek VL ⇄ NL te lanceren: die vraagt zich af wat ons precies bindt en waar wij samenwerken. Waar vinden deze natuurlijke bondgenoten elkaar, in welke domeinen, hoe? Deze kroniek van de Vlaams-Nederlandse samenwerking zoekt bewust het terrein op van maatschappij, politiek, economie, cultuur, taal en onderwijs, en houdt die onderwerpen tegen het licht in een gestage online berichtgeving tussen bespiegeling en signalement in, van essay tot opinieartikel. Wij halen er de treffers en de missers uit, de goede voorbeelden en de pijnpunten.

In de werkplaats VL ⇄ NL wordt luid getimmerd, meestal zingend, een enkele keer onder gesmoord gevloek

In dit nummer tref je alvast twee voorbeeldstukken aan: over vervuiler PFAS als conflictstof in een rivier die niet ophoudt bij de grens, en over de Vlaams-Nederlandse film- en televisiesector die elkaar steeds meer vindt en de grens doelbewust oversteekt. Zoals wij ter lancering van de kroniek in NRC en De Standaard van 31 januari 2023 schreven: “De Vlaams-Nederlandse samenwerking is geopolitiek in pocketformaat, een oefening in het zoeken naar gemeenschappelijke grond met anderen met wie we min of meer een taal delen maar met wie we toch in menig opricht menen te verschillen.”

Dat heet dan een uitdaging van formaat. In de werkplaats VL ⇄ NL wordt in elk geval luid getimmerd, meestal zingend, een enkele keer onder gesmoord gevloek.

Aanmelden

Registreer je of meld je aan om een artikel te lezen of te kopen.

Sorry

Je bezoekt deze website via een openbaar account.
Je kunt alle artikelen lezen, maar geen producten kopen.

Belangrijk om weten


Bij aankoop van een abonnement geef je toestemming voor een automatische herabonnering. Je kunt dit op elk moment stopzetten door contact op te nemen met emma.reynaert@onserfdeel.be.