Extreemrechts gebruikt de sociale media als kansel van waarop het ongeremd kan fulmineren tegen links en de ‘excessen’ van de samenleving. Dat het daarmee grote aantallen volgers lokt, toont aan dat extreemrechts er beter dan zijn tegenhangers in slaagt gevoelens te bespelen die leven bij de bevolking. Volgens Hind Fraihi moet links op de sociale media een andere houding aannemen én moeten de technologiereuzen actiever ingrijpen. Wie geld verdient aan de verkoop van ruimte voor praatjes, is ook verantwoordelijk voor het soort praat dat er wordt verkocht.
Er zijn al veel ware en onware lessen getrokken uit de Belgische federale verkiezingen van 26 mei 2019. Maar één van de belangrijkste is wellicht dat Vlaams Belang zijn wederopstanding op zijn minst gedeeltelijk te danken heeft aan de manier waarop de partij de sociale media heeft bespeeld. De partij spendeerde ruim 400.000 euro (meer dan alle andere partijen bij elkaar) aan advertenties op Facebook. Het heeft haar geen windeieren gelegd: van een partij die flirtte met de kiesdrempel heeft ze zich ontpopt tot de tweede partij van Vlaanderen – de grootste zelfs volgens een recente peiling.
Maar ook zonder enorme advertentiecampagnes domineren (extreem)rechtse partijen, figuren en gedachtegoed de feeds van Facebook, Twitter en andere sociale media. Uit onderzoek
van De Groene Amsterdammer, het Algemeen Dagblad en de Utrecht Data School over het Twitterdebat in Vlaanderen en Nederland blijkt dat eenenvijftig van de honderd meest zichtbare accounts op Twitter van (extreem)rechtse signatuur zijn. Nog eens dertien van die honderd zijn rechts-conservatief en slechts vier accounts hangen een links wereldbeeld aan.
Mensen zijn nogal eens geneigd om ‘de’ sociale media te zien als een amalgaam van berichtjes, filmpjes en foto’s. De klopt niet. Veeleer vormen ze een uitgestrekt landschap met zeer diverse biotopen. Facebook ontpopt zich meer en meer tot een gigantisch virtueel billboard waar bedrijven, maar ook politieke partijen hun boodschap ongefilterd tot bij de consument kunnen brengen. Twitter is dan weer meer een zaak van populaire figuren die in 280 tekens spitante meningen spuien en zo volgers en interacties verzamelen. In Vlaanderen is Vlaams Belang-politicus Sam van Rooy de meest zichtbare twitteraar, in Nederland gaat het om (ex-)journalisten Joost Niemöller en Wierd Duk.
Gevoelens van wantrouwen en angst
De populariteit van figuren als Sam van Rooy, Joost Niemöller, Dries Van Langenhove, Jan Dijkgraaf en Jan Roos wortelt in hun (vermeende) claim dat zij uitschreeuwen wat de mainstreammedia niet durven, willen of mogen schrijven. Twitter is hun ‘uitlaatklep’, de kansel waarop zij zonder moderatie en haast zonder correctie kunnen fulmineren tegen de vermeende excessen van de huidige samenleving en de puinhoop die linkse politici, academici en media ervan hebben gemaakt.
Dat ze zo ongeziene aantallen volgers weten te lokken, toont aan dat ze er beter dan hun tegenhangers in slagen de gevoelens te bespelen die leven bij brede lagen van de bevolking; gevoelens van wantrouwen en angst.
Het vertrouwen in overheden, media en andere voormalige ‘huizen van vertrouwen’ is op een historisch dieptepunt beland. Volgens de wetenschappelijk-kritische vereniging SKEPP neemt de populariteit van complottheorieën, onder invloed van sociale media, hand over hand toe.
Het probleem is dat de inhoud van dergelijke theorieën een stuk gevaarlijker is geworden. Vroeger behoorden believers een beetje tot de folklore met allerhande onzinnige en vergezochte beschouwingen over fake maanlandingen, chem trails en wie of wat er nu wordt verborgen gehouden in het illustere Area 51.
Het vertrouwen in overheden, media en andere ‘huizen van vertrouwen’ is op een historisch dieptepunt beland
Vandaag is de zogenaamde omvolkingstheorie veruit het populairst. Die gaat terug op de ideeën van de Oostenrijkse filosoof Richard Coudenhove-Kalergi (1894-1972). Zowat zijn bekendste citaat is dit: “De toekomstige mens zal van gemengd ras zijn. Hedendaagse rassen en klassen zullen geleidelijk verdwijnen als gevolg van ruimte, tijd en het verdwijnen van vooroordelen. Het Euraziatische-negro ras van de toekomst, dat zal lijken op de oude Egyptenaren, vervangt de verscheidenheid van volkeren met een verscheidenheid aan individuen.”
In het verwrongen beeld van extreemrechts komt dit erop neer dat de westerse elite werkt aan een plan om de witte bevolking geleidelijk aan weg te werken en te vervangen door gekleurde mensen. Of dit nu gebeurt door ‘homeopathische verdunning’ of white genocide hangt af van het extremisme van de aanhangers van deze theorieën.
Wankele koord
Niet dat Van Rooy en Niemöller expliciet dergelijke zaken (re)tweeten. Maar ze balanceren op een wankele koord. Deels vanwege de regulering van de providers. De sociale netwerksites hanteren een aantal algoritmes om de ranzigste bagger op te sporen en te verwijderen. De angst om te worden geblokkeerd of zelfs verbannen is groot aan de rechterzijde. Het gaat over hun ‘uitlaatklep’, hun ‘politiek kapitaal’ of hun ‘verdienmodel’ dat ze in één klap kwijt kunnen spelen.
Of het nu gaat om halal op school, roetveegpieten of het hernoemen van de Gouden Eeuw, de teneur is duidelijk
De algoritmes zijn echter verre van strikt en kunnen makkelijk worden omzeild. Vaak bevatten de tweets schijnbaar legitieme verzuchtingen over ons in zijn voegen krakende samenlevingsmodel. Er wordt verwezen naar zaken die het onbehagen over onze diverse samenleving doen toenemen. En in een adem door stelt men zich impliciet en discreet de vraag waar deze evolutie naartoe gaat. Bekende voorbeelden zijn “Maar wat is dat dan toch, die #islamisering?” of “#WegMetOns”.
Of het nu gaat om halal op school, roetveegpieten of het hernoemen van de Gouden Eeuw, de teneur is duidelijk: de autochtone witte bevolking moet, gedwongen door een wereldvreemde poco bende jihadlovers op bakfietsen, een gekoesterd brokje van ‘zijn’ normen, waarden, geschiedenis en cultuur inleveren. Tot ze uiteindelijk geheel verdrongen zijn door de infame multicul.
Heeft de linkerzijde dan de strijd op de sociale media verloren? “Ook woedende mensen kunnen leven met democratie. Maar niet met genegeerd worden”, schreef Joost Niemöller in 2011 op de rechtse website De Dagelijkse Standaard. Daarmee geeft hij zelf al een tip weg aan linkse partijen en denkers die deze trend willen keren.
Met minachting of vijandigheid spreken over een tegenstander heeft nog nooit iemand van mening doen veranderen
Links reageert door de band genomen op twee manieren op de (extreem)rechtse dominantie op Twitter en Facebook. Het trekt zich terug in de burcht van het eigen gelijk. In besloten groepjes klitten ze samen en doen smalend over ‘domrechts’ of de ‘Vlaemsche onderbuik’. Een ander deel trekt ten strijde en vecht epische flame wars
uit met hele horden rechtse trollen, ‘fascisten’ en ander ‘bruin gespuis’. The Lord of The Rings van achter het toetsenbord, zoiets.
Beide manieren zijn contraproductief. Met onverholen minachting of vijandigheid spreken over een tegenstander heeft nog nooit iemand van mening doen veranderen. Integendeel, het voegt nog wat extra prikkeldraad en gewapend beton toe aan de wederzijdse egelstellingen.
De laatste tijd kiezen nogal wat linkse twitteraars voor een zogenaamde Derde Weg: de sociale media (al dan niet met veel vertoon) verlaten. Hoe begrijpelijk het in sommige gevallen ook is, het draagt niets bij tot een beter evenwicht. Zoals de recente verkiezingen hebben aangetoond, zijn Twitter en Facebook inmiddels te grote potentiële wingewesten om ze compleet braak te laten liggen.
Lach hun zorgen niet weg
Feelings are facts. Het is een kanjer van een cliché, maar er zit een kern van waarheid in. Ja, er zijn notoire racisten wier levensvisie is blijven hangen tussen de negentiende eeuw en de jaren 1930. Maar het merendeel van (extreem)rechts Vlaanderen en Nederland bestaat uit bange mensen die hun wereld, toekomst en zekerheden bedreigd zien door een wereld die zichzelf inmiddels niet meer begrijpt.
Lach hun zorgen niet weg, demoniseer hen niet. Ze hebben nood aan begrip, dialoog en iemand die zich eindelijk eens (opnieuw) om hen bekommert.
De sociale media dan maar afschaffen? Gezien de onversneden hysterie die er soms heerst, is het haast een verleidelijke gedachte. Maar dan zouden we hun mobiliserende kracht tekortdoen, en die kan ook voor positieve zaken dienen. Neem nu baby Pia uit Wilrijk. Het ukje werd geboren met spinale musculaire atrofie, een zeer zeldzame genetische ziekte waardoor de spieren nauwelijks werken en steeds zwakker worden. Alleen het duurste geneesmiddel ter wereld, Zolgensma, kan haar redden. Ze heeft maar één prikje nodig voor een beter leven; helaas rekent farmabedrijf Novartis voor dat spuitje maar liefst 1,9 miljoen euro aan. Na een intensieve campagne in de reguliere en sociale media werden er ruim 972.000 sms’jes gestuurd. Genoeg om de kosten te dekken.
Geen memes, maar argumenten
We hebben niet meer Pia’s nodig, wel is er meer nood aan positiviteit op de sociale media. Dat en de politieke en maatschappelijke moed om van de technologiemolochs uit Silicon Valley veel meer actieve inmenging te eisen. Met een minimum aan investeringen alleen maar de goorste praat eruit filteren, mag en kan niet voldoende zijn voor een miljardenbusiness. Wie geld verdient aan de verkoop van ruimte voor praatjes, is ook verantwoordelijk voor het soort praat dat daar wordt verkocht.
Wie zich recent nog op de sociale media waagde, kon al gauw de indruk krijgen te zijn beland in een virtuele psychiatrische instelling, afdeling hysterie. Memes van nazi’s en Hitler worden volop gedeeld om het (non-)beleid van de nieuwe Vlaamse regering aan de kaak te stellen. Dat is kort door de bocht en contraproductief. Zo’n debat, over de toekomst van ons maatschappijmodel, verdient het om te worden gevoerd met argumenten.