Deel artikel

Lees de hele reeks
kunst

Orestes in Gent en Mosul: nobele intenties, betwistbaar statement

25 juni 2019 6 min. leestijd Paralipomena

Een vicieuze cirkel van wraak en vergelding: Aeschylus schreef er 2.500 jaar geleden over in zijn tragedie Oresteia. Vandaag, aan de frontlinie met IS in Noord-Irak, heerst ook zo’n moeilijk te doorbreken spiraal van geweld. De Zwitserse regisseur Milo Rau verenigde verleden en heden, zowel letterlijk als figuurlijk, door met cast en bemanning van NTGent naar Irak te trekken. De beelden die ze daar maakten, werden geïntegreerd in Rau’s recentste productie voor het Gentse stadstheater: Orestes in Mosul. Hoofdredacteur en classicus Luc Devoldere verliet de voorstelling met gemengde gevoelens.

Herinnert u zich de Oresteia, het verhaal van Orestes? Aeschylus heeft in deze trilogie, opgevoerd in Athene in 458 voor Christus, de geboorte van de rechtsstaat vereeuwigd: chaos omzetten in orde, de spiraal van het geweld doorbreken en clans omsmeden tot een gemeenschap.

Klytaemnestra vermoordt haar man Agamemnon, de zegevierende held van Troje, omdat die bij het begin van de oorlog hun dochter Iphigeneia heeft geofferd. Zo wilde hij een gunstige wind krijgen voor zijn vloot, die maar niet kon vertrekken. Haar zoon Orestes kan niet anders dan zijn vader wreken en doodt dus zijn moeder en haar minnaar. Nu wordt hij op zijn beurt achternagezeten door de wraakgodinnen. Hij vlucht naar Delphi en vindt asiel in de tempel van Apollo. De wraakgodinnen kamperen buiten. Impasse.

Uiteindelijk wordt de zaak beslecht in Athene. Orestes verschijnt voor de Areopaag, de rechtbank voorgezeten door de godin Athena. Aanklagers zijn de wraakgodinnen, de Erinyen. Apollo verdedigt Orestes. Na aanklacht en pleidooi wordt er gestemd. Staking van stemmen. Athena geeft haar stem aan Orestes, die vrijgesproken wordt. De wraakgodinnen krijgen ter compensatie asiel en een cultus in Athene: Erinyen metamorfoseren tot Eumeniden: goede geesten. Doek.

Banale democratie

Ik zag deze trilogie met happy end in Rotterdam in 1994 in een regie van Peter Stein. In het Russisch. Het probleem van deze trilogie is de ontknoping. Hoe breng je goden op het toneel? Met de katrol van de ironie? Het begon al met de dea ex machina Athena, door Stein als een elegante trapeziste-paracommando op scène neergelaten. Zij en Apollo gedroegen zich lichtzinnig, luchtig en arrogant. De rechtszaak leek in het begin een schertsvertoning. Alsof Stein wilde tonen dat de rechtsstaat, de democratie, altijd lichtzinnig is, ritselt en sjoemelt, maar tegelijk de enige is die met haar compromissen in staat is het geweld te bannen. Apollo pakte de wraakgodinnen op het einde letterlijk en figuurlijk in, maar ze kregen – ingepakt – ook ruimte. Ze werden weggepromoveerd met een titel, een postje; ze werden gelijmd met een verkaveling. Het bloed van de mythe werd gesmoord in banaliteit.

Natuurlijk is de beslissing Orestes vrij te spreken willekeurig. Waarom werd Klytaemnestra niet vrijgesproken? Maar de simpele waarheid is dat je érgens het geweld moet stoppen, en dat érgens is altijd willekeurig. Om het geweld te stoppen, zijn alle middelen goed. Anything goes. Terwijl we naar Aeschylus in het Russisch keken, was Karl Popper, een verdediger van de banale democratie, net gestorven en de timing leek perfect.

We zijn 2019. En Milo Rau heeft in Gent de Oresteia opnieuw van onder het stof gehaald. En hoe. Hij is ermee aan de haal gegaan. Tot in Mosul, de kapotgeschoten steenwoestenij waar tot 9 juli 2017 de vlag van het Kalifaat wapperde.

Recensenten noemden de Zwitserse regisseur (1977) de “invloedrijkste” (Die Zeit), “meest bekroonde” (Le Soir), “interessantste” (De Standaard) en “meest ambitieuze” (The Guardian) kunstenaar van onze tijd. Theater moet in zijn ogen (opnieuw) maatschappelijk relevant worden. Hij had in zijn Manifest van Gent uit 2018 beloofd dat het er niet alleen meer om gaat om de wereld voor te stellen (vrij naar Marx), maar om de wereld te veranderen.

Hij stelde ook dat de letterlijke bewerking van klassiekers verboden is en hij voegde eraan toe: “Als er bij de start van de repetities al een tekst – boek, film of toneelstuk – beschikbaar is, mag deze niet meer dan 20 procent van de voorstellingsduur uitmaken.”

Verder verordonneerde hij: “Minstens één productie per seizoen moet gerepeteerd of opgevoerd worden in een conflictzone of in oorlogsgebied, zonder enige culturele infrastructuur.”

Ramptoerisme?

Gewaarschuwd trokken mijn vrouw en ik, twee classici, naar het theater. De Oresteia is materiaal voor Rau. Is dat erg? Nee. Maar er moet nog wel een coherent en consistent verhaal uit voortkomen. Nu worden verschillende verhalen verteld.

Op een videoscherm kun je meemaken, samen met de acteurs op de scène, hoe repetities van een klassiek stuk worden opgezet in oorlogsgebied. Bijvoorbeeld: de openingsscène, waarin een wachter op het dak van het paleis wacht op het vuursignaal dat de overwinning van de Grieken in Troje moet melden en dus de terugkeer van Agamemnon naar huis. Of de snel afgehaspelde rechtbankscène in Athene, waarbij Orestes vrijgesproken.

Dat verhaal verglijdt ook in een verhaal over dat oorlogsgebied en de verwoeste stad zelf. Voor je het weet, zit je naar journaalbeelden te kijken, een reportage, een documentaire. De acteurs bezoeken ook de resten van het oude Ninive, aan de Tigris en de Al-Noerimoskee, die opnieuw wordt opgebouwd. Het verhaal van een veerboot die net dan op de Tigris kapseist wordt meegegeven. Ramptoerisme?

Op de scène zelf vertellen en/of spelen de acteurs intussen in sneltreinvaart een synopsis van de Oresteia. Het blijven episodes. Rau voegt een burgerlijk tafereel toe: een gescheiden koppel, met hun respectieve nieuwe levensgezellen (Cassandra en Aigisthos), discussieert aan tafel pijnlijk beschaafd over hun situatie. Het is een van de sterkste scènes, maar wat is de betekenis ervan?

Rau trekt parallellen: zo stelt hij in de gefilmde beelden de vraag aan de leden van de rechtbank in Mosul of ze de IS-strijders moeten executeren of vergeven: de “rechters” spreken zich deze keer niet uit en zwijgen.

De regisseur maakt van de vrienden Orestes en Pylades minnaars. We zien beelden van het dak waar IS-strijders homoseksuelen naar beneden gooiden. Hun tongkus op het toneel in Gent moet de herwonnen seksuele bevrijding uitdrukken, maar zelfs een kuise versie ervan stootte in Mosul op onbegrip en afkeer.

The making of, niet het stuk

Wat zagen we uiteindelijk? The making of van de Oresteia, maar niet het stuk zelf, merkt mijn vrouw op. Repetities voor een opvoering, gebracht in een verwoeste stad, met een koor dat bestaat uit lokale acteurs. Met lokale muzikanten die hun instrumenten weer uit de kelder mogen halen, waarin IS ze verbannen had. Met een godin Athena, gespeeld door een vrouw die in Mosul leeft en wier man is doodgeschoten door IS.

De intenties van Rau zijn nobel: een kunstvorm terugbrengen naar een kapotgeschoten stad waar gebouwen en kunst juist zijn vernietigd. Hij steekt een hart onder de riem van de lokale cultuurmakers, acteurs en muzikanten, die letterlijk uit de kelders zijn gekropen. Maar het blijft problematisch eenmalig neer te strijken met een crew van een gesubsidieerd West-Europees theaterhuis in een gebied dat zijn volledige infrastructuur moet heropbouwen, laat staan zijn culturele infrastructuur. Het is – zie het manifest van Rau – ontegensprekelijk een statement, maar dan vooral voor de ingevlogen en weer veilig weggevlogen westerlingen. Ngo-toerisme?

Orestes in Mosul is bij vlagen spectaculair, maar raakt niet echt. Het stuk toont van alles, maar mist coherentie en weet niet wat het echt wil zeggen. Het zegt wellicht veel over de verbrokkelde werkelijkheid waarin we leven, waarin verhalen naast elkaar worden verteld, beelden worden getoond zonder context, en iets als catharsis of een soort verzoening blijkbaar onmogelijk is geworden. En de wereld wordt er niet door veranderd. Maar dat is dan ook een onmogelijke ambitie.

Orestes in Mosul, 2 oktober in Rotterdam (Schouwburg – Grote Zaal), 11 oktober in Brussel (Kaaitheater), 15 oktober in Groningen (Stadsschouwburg), 17 oktober in Utrecht (Stadsschouwburg-Douwe Egbertszaal), 26 oktober in Brugge (Stadsschouwburg), 29 en 30 oktober in Amsterdam (ITA-Grote zaal), 7 en 8 november 2019 bij NTGent. Voordien, tussendoor en nadien op tournee in Europa
Luc

Luc Devoldere

schrijver, essayist en voormalig hoofdredacteur Ons Erfdeel vzw (2002-2020)

Reacties

Reacties zijn gesloten.

Lees ook

		WP_Hook Object
(
    [callbacks] => Array
        (
            [10] => Array
                (
                    [000000000000291a0000000000000000ywgc_custom_cart_product_image] => Array
                        (
                            [function] => Array
                                (
                                    [0] => YITH_YWGC_Cart_Checkout_Premium Object
                                        (
                                        )

                                    [1] => ywgc_custom_cart_product_image
                                )

                            [accepted_args] => 2
                        )

                    [spq_custom_data_cart_thumbnail] => Array
                        (
                            [function] => spq_custom_data_cart_thumbnail
                            [accepted_args] => 4
                        )

                )

        )

    [priorities:protected] => Array
        (
            [0] => 10
        )

    [iterations:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [current_priority:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [nesting_level:WP_Hook:private] => 0
    [doing_action:WP_Hook:private] => 
)