Context bij cultuur in Vlaanderen en Nederland

Publicaties

Context bij cultuur in Vlaanderen en Nederland

Museum MORE zorgt voor eerherstel van het realisme
0 Reacties
© Museum MORE / Eva Broekema
© Museum MORE / Eva Broekema © Museum MORE / Eva Broekema
Museumgids
kunst

Museum MORE zorgt voor eerherstel van het realisme

Museum MORE in de Achterhoek voegt echt iets toe aan het Nederlandse museumlandschap. Niet alleen ligt het in een kunstluwe omgeving, verspreid over twee dorpen, maar het is ook nog gespecialiseerd in een stroming die lange tijd is genegeerd: het realisme. Als dat nog niet genoeg reden is om naar Gelderland af te reizen, is er altijd nog de grootste collectie Carel Willinks ter wereld.

Het realisme heeft na de Tweede Wereldoorlog lange tijd in een kwade reuk gestaan. Het was de favoriete stijl van de nazi’s, die de meeste avant-gardistische kunst hadden gediskwalificeerd als entartet. Staatskunst in het Derde Rijk was trouw aan de zichtbare werkelijkheid, die op ambachtelijke wijze op doek werd gezet of uit steen werd gehouwen. Daar was na 1945 geen ruimte meer voor.

Zelfs in het schildergekke Nederland waar experts geen genoeg kunnen krijgen van de ‘superieure stofuitdrukking’ in zeventiende-eeuwse werken, kon levensechte reproductie lange tijd rekenen op maar weinig waardering van museumprofessionals. Bij tentoonstellingen van fijnschilder Henk Helmantel of hyperrealist Tjaf Sparnaay vergaapte het publiek zich aan de stillevens in Oude Meester-stijl of ‘net echte’ spiegeleieren, maar gebruikten recensenten kwalificaties als ‘regressief’ en ‘plat’. De meeste musea lieten het realisme dan ook links liggen. Tot ongeveer twintig jaar geleden.

Herwaardering dankzij oud-politieman

De kanteling in de waardering is niet te danken aan een revolutie binnen de institutionele bastions maar is grotendeels op het conto te schrijven van één persoon. Dirk Scheringa, de voormalige politieman die een bank oprichtte en daar veel geld mee verdiende, liet niet alleen van zich horen als sportliefhebber. Behalve voorzitter van voetbalclub AZ en sponsor van een marathonschaatsploeg was hij ook een vaste verschijning op kunstbeurzen.

Steevast gekleed in donkerblauw pak met geitenwollen sokken eronder stelde hij zich hier net zo op als in de financiële wereld, als een outsider die het even anders doet. Hij kocht de realistische kunst waar anderen hun neus voor ophaalden. De DS Art Collection die hij in relatief korte tijd opbouwde stelde hij tentoon in een voormalige huishoudschool in het Noord-Hollandse dorp Spanbroek, die hij had omgedoopt tot Scheringa Museum.

De bouw van een volwaardig museumgebouw, met neoklassieke zuilen van Speersiaanse allure, was al halverwege toen Scheringa’s DSB Bank in 2009 midscheeps werd geraakt door een schandaal met woekerpolissen. Het bedrijf ging failliet en om de schulden af te betalen moest de eigenaar ook zijn kunstcollectie verkopen. Hans Melchers stond meteen klaar om de boel over te nemen. Deze zakenman uit Arnhem, die zijn geld verdiend had in de chemische industrie, zag in de collectie een schitterend fundament voor zijn eigen museum, MORE in het Gelderse Gorssel.

Als eerste directeur werd Ype Koopmans aangetrokken, die daarvoor negentien jaar had gewerkt bij Museum Arnhem, dat bekend staat om zijn verzameling realistische kunst uit het interbellum. Omdat de opening bijzonder dicht op de afronding van de nieuwbouw was gepland, moest hij zijn eerste tentoonstelling volledig samenstellen op basis van maquettes. Scherp kijken. Traditie en eigenheid in de collectie van Museum MORE, heette die. Koopmans had bescheiden verwachtingen, vertrouwde het blad MuseumVisie toe dat hij zijn handen zou dichtknijpen bij vijftigduizend bezoekers in het eerste jaar. Het werden er ruim twee keer zoveel – ondanks de perifere ligging van het museum, ver weg van de traditionele kunstpubliek uit de Randstad.

Groot complex in natuurlijke omgeving

De nabijheid van Arnhem, Zutphen en niet te vergeten het Kröller-Müller Museum maakt echter veel goed. En de kleinschalige setting wordt door veel bezoekers juist als asset gezien: lekker overzichtelijk en niet zo opgejaagd. Dat het ‘grootste Nederlandse museum voor modern realisme’, zoals MORE zich tegenwoordig trots afficheert, niet als een monsterlijke moloch tussen de boerderijtjes en dorpswoningen staat, is te danken aan Hans van Heeswijk.

De architect die ook de renovatie van het Mauritshuis en de nieuwe entree van het Van Gogh Museum op zijn naam heeft staan, nam het oude gemeentehuis van Gorssel als uitgangspunt. In dit vroeg twintigste-eeuwse pand zit nu het museumrestaurant, dat helaas wordt uitgebaat door Loetje en daardoor formuleachtige horeca biedt – met de ‘MORE-kop’ bij de koffie als plaats specifieke uitzondering. Achter de brede gevel, aan de zijkanten iets uitstekend, maar nergens boven het dak uitkomend, zette Van Heeswijk een groot rechthoekig expositiecomplex. Het gebruik van lichte natuursteen en de aanwezigheid van grote, loofrijke bomen camoufleren het best grote bouwvolume. Over twee verdiepingen zijn de zalen verdeeld, voor tijdelijke tentoonstellingen en een vaste presentatie van de collectie.

Die laatste bevat werk van onder andere Pyke Koch, Dick Ket en Wim Schuhmacher maar ook van hedendaagse kunstenaars als Marlene Dumas, Erwin Olaf en Ruud van Empel. Voordat de DS Art Collectie naar Gorssel verhuisde werd een aantal topstukken van onder andere Fernando Botero, Duane Hanson, Lucian Freud en René Magritte geveild. Dat kan gezien worden als een aderlating maar ook als uiting van een duidelijke visie. Bij de oprichting definieerde MORE haar aandachtsgebied als ‘Nederlands realisme vanaf 1900’ en daar passen die internationale namen, hoe goed ook, niet in.

Complete oeuvre van Carel Willink

Met ongeveer duizendriehonderd werken is de eigen collectie relatief klein. Lacunes in de presentatie – vooral voor 1950 – zijn gaandeweg opgevuld met aankopen en bruiklenen. Voor dat laatste heeft MORE genoeg ‘wisselgeld’, dat zich vooral bevindt in Kasteel Ruurlo. Melchers kocht dit nabijgelegen kasteeltje als dependance van het museum, die in 2017 de deuren opende. Hier huist de grootste collectie werken van Carel Willink ter wereld. Melchers kreeg er twintig in zijn bezit toen hij de DS Art Collection overnam en vulde de verzameling aan tot vijftig schilderijen en ruim honderd werken op papier. Een deel hiervan is permanent opgehangen verspreid over dertien zalen.

Willinks complete oeuvre is hier te zien, van een vroeg jeugdwerk uit 1918 tot een schilderij uit het jaar voor zijn dood in 1982. Liefhebbers van magisch realisme – Willink had zelf een hekel aan die term en prefereerde ‘imaginair realisme’ – kunnen hier hun lol op. Er zijn stadsgezichten onder dreigende donkerwolken, classicistische standbeelden op verlaten pleinen, schedels en andere vanitassymbolen – alles geschilderd met een combinatie van perfecte kwasttechniek en pessimistisch gevoel van vervreemding. En er zijn natuurlijk de vrouwen uit Willinks leven. Vooral de flamboyante societyster Mathilde de Doelder, de derde echtgenote van de schilder, valt op. Zij hulde zich graag in de fladderende gewaden van ontwerper Fong Leng, waarvan er ook een aantal wordt gepresenteerd.

Volgens Philip Dodd, oprichter van de World Private Museums Association, past Museum MORE in een trend. “De eenentwintigste eeuw is de eeuw van het particuliere museum”, is zijn mantra. In Nederland lijkt dat inderdaad zo te zijn, met Museum Voorlinden in Wassenaar als bekendste voorbeeld. Maar hoewel Voorlinden net als MORE kunst brengt op een locatie waar verder weinig aanbod is, vist het museum van Joop van Caldenborgh grotendeels in dezelfde vijver als het Stedelijk Museum Amsterdam of Kunstmuseum Den Haag. MORE, daarentegen, voegt ook inhoudelijk iets nieuws toe. Hoewel het nog geen tien jaar bestaat, kan rustig gesteld worden dat het een rehabilitatie van het realisme heeft aangezwengeld.

In de zomer van 2021 is Koopmans opgevolgd door Maite van Dijk en zij stuwt die ambitie nog verder op. Zij heeft nog meer oog voor hedendaagse kunst en wil zich ook internationaal onderscheiden. Dat deed ze onlangs met de tentoonstelling Naïef Realisme. Die borduurde voort op Masters of Popular Painting die het Museum of Modern Art in New York organiseerde in 1938.

Het was tevens de eerste Nederlandse tentoonstelling van naïef realisten sinds 1964. Er waren topwerken te zien van Henry Rousseau, John Kane en het fenomeen Grandma Moses, die pas rond haar zeventigste begon te schilderen en in dertig jaar tijd ruim duizendvijfhonderd doeken produceerde. Maar er was ook veel te ontdekken van onbekende outsider artists of zondagsschilders, die met hun maniakale detaillering, uit de bocht gierende kleurenpalet of totaal verstoorde perspectief misschien nog veel interessanter werk leverden.

Met dit soort tentoonstellingen rekt MORE de grenzen van het begrip realisme op. Ver voorbij de bezadigde, traditionele invulling die het lange tijd had. En in ieder geval voorbij het obligate ‘goed gemaakt’ en ‘net echt’.

www.museummore.nl

www.museummore-kasteelruurlo.nl

Aanmelden

Registreer je of meld je aan om een artikel te lezen of te kopen.

Sorry

Je bezoekt deze website via een openbaar account.
Je kunt alle artikelen lezen, maar geen producten kopen.

Belangrijk om weten


Bij aankoop van een abonnement geef je toestemming voor een automatische herabonnering. Je kunt dit op elk moment stopzetten door contact op te nemen met emma.reynaert@onserfdeel.be.