Deel artikel

literatuur recensie

Met ‘Iemand moest het doen’ schreef Sanne Huysmans een ode aan het dorpsleven

2 augustus 2024 5 min. leestijd

De tweede roman van Sanne Huysmans is een zedenschets van een gewone straat en haar bewoners, ergens in Vlaanderen. Van de plot moet dit boek het niet hebben, de spanning zit veeleer in de centrale vraag die Huysmans stelt: hoe kan een mens dienstbaar zijn, en toch gelukkig?

De borden moesten worden gepoetst, de patatten gejast, de koeien gemolken. Het vuilnis moest worden afgevoerd, het afval in de berm opgeraapt. De jaarlijkse fiets- en wandelzoektocht van de vrouwenbond moest worden georganiseerd. Leidingen moesten vervangen. Stock moest aangevuld. En die dingen gebeuren niet vanzelf. Het thema van de tweede roman van filosofe, medeoprichter van een platenlabel, bakker en boswachter Sanne Huysmans (1988) laat zich niet verhullen: in Iemand moest het doen staat dienstbaarheid centraal.

Die dienstbaarheid is een centrale deugd in het leven van Maria en Pol, de twee bewoners uit de Kapelstraat op wie Huysmans focust. Maria groeit op in een boerderij aan het begin van de twintigste eeuw. Alle moderniseringen maakt ze van dichtbij mee. “De eerste kabel bracht licht”, vertelt ze. Al snel zouden er meerdere kabels en leidingen volgen: huizen worden aangesloten op de waterleiding, de straat wordt verhard, zelfs een internetaansluiting wordt op den duur onvermijdelijk. Haar leven lang zal Maria ervan dromen om weg te lopen van de eeuwige plichten, zangeres in de stad wil ze worden. Maar het lot houdt haar aan het boerderijleven geklonken tot aan haar opname in een woonzorgcentrum.

Pol daarentegen is tot onbegrip van zijn omgeving altijd tevreden geweest met zijn eenvoudige leven als vuilnisophaler, eerst achter de kar, daarna aan het stuur. Misschien had hij verder kunnen leren als zijn vader niet zo jong was gestorven, mijmert hij. “Wie weet had hij dan elke dag de trein naar Brussel moeten nemen. Hij wist niet of hij dan beter af was geweest.” Nu ruimt hij vrijwillig de bermen op, hij wil zich nuttig blijven inzetten voor het algemeen belang. Het enige wat hij mist, is gezelschap van een vrouw. Bijvoorbeeld samen lunchen of uitstapjes maken met Lut, een weduwe die een straat verder woont. Maar na al zijn jaren als ongetrouwde man weet hij niet hoe hij het voortouw kan nemen. Om zijn eenzaamheid te verlichten, praat hij met zijn overleden moeder die hij herkent in sneeuwwitte dieren rondom hem.

Elke stem is een zorgvuldig vormgegeven vignet, vaak niet langer dan een pagina

Ook andere bewoners in het dorp krijgen een stem, al moeten die het vaak zonder naam stellen. Hun korte hoofdstukjes zijn getiteld met hun huisnummer. Op nummer 36 woont een vloekende brompot, op 45 woont een vrouw die graag van achter haar rolluiken de buurt bespiedt en het kind van nummer 42 toch maar een speciaal geval vindt. X is dan weer een wisselend persoon, een arbeider die de straat openbreekt, een vrijwilliger van de vrouwenbond, een regionale journalist. Op nummer 3 spreekt een trotse notenboom, die de evoluties rondom hem met lede ogen aanziet. Een schommel, daarvoor wil hij zijn diensten graag aanbieden, maar “die pipo’s” zijn “godverdorie” iets anders van plan. Een dartsbord, zo blijkt. De schotwonden in zijn bast zouden hem kanker bezorgen, “allemaal door een dwaas spelletje van een hoop snotneuzen”. Het zijn stuk voor stuk herkenbare stemmen, die samen als een Grieks koor de maatschappelijke omwentelingen bezingen. Elke stem is een zorgvuldig vormgegeven vignet, vaak niet langer dan een pagina. In de manier waarop Huysmans het alledaagse voor het voetlicht brengt, schuilt een ode aan de eenvoud van het dorpsleven. Zo beschrijft ze tot in detail hoe iemand de rolluiken optrekt: “Ze takelde de rolluiken op met het geluid van een machinegeweer. Eerst kwamen de naden open en het licht viel in parallelle stippellijnen binnen.”

Dat het verhaal zich afspeelt in de Kapelstraat mag geen toeval heten. Het dorp blijft weliswaar onbenoemd, maar de straatnaam roept meteen het dorpse, katholieke decor op waartegen alle levens zich ontvouwen. Uiteraard is er de kapel zelf, die Maria plichtsgetrouw elke dag een bezoek brengt. Aan haar naamgenote vraagt ze: “Staat u hier ten dienste van ons of opdat wij u dienstbaar zouden zijn?” Tegenwoordig zijn er steeds minder devote dorpelingen: net zoals de huizen en boerderijen is ook de kapel niet gevrijwaard van maatschappelijke veranderingen. Onvermijdelijk doet de straatnaam ook denken aan De Kapellekensbaan, waarin Louis Paul Boon in gefragmenteerde vorm vertelt over “al wat er op de kapellekensbaan te horen en te zien viel, van tjaar 1800-en-zoveel tot op deze dag”.

De Kapelstraat waar deze roman zich afspeelt, doet onvermijdelijk denken aan ‘De Kapellekensbaan’ van Louis Paul Boon

Net zoals Boons klassieker uit 1953 is Iemand moest het doen een zedenschets die het niet van de plot moet hebben. De rijkdom van de roman schuilt in Huysmans’ precieze taal. Die vind je niet alleen in het sappige Vlaams – de “vaneigens” en de “nondepie”, de woorden als “goesting”, “vrank” en “avance” – maar ook in de benaming van kruiden en gewassen. Zo merkt Pol als plantenliefhebber op dat het woord “gras” gewoonweg niet volstaat voor de tientallen soorten die hij leerde onderscheiden, van gestreepte witbol tot glanshaver. Wanneer hij met die kennis het woord “gras” gebruikt, voelt hij zich een lomperik:

Achter elke vier letters lag een wereld die veel te groot was voor vier letters om te dragen. Te groot voor een mens als hij om te begrijpen. Om te zien had een mens geen ogen maar woorden nodig.

De details, de levens die te klein zijn om te worden vermeld, daar is het Huysmans om te doen. In Knack Focus stelt ze: “Pol lijkt in zijn leven niet veel noemenswaardigs te hebben gedaan en zou vergeten worden als ik geen boek over hem had geschreven.” Zulke levens te boek stellen zonder in saaiheid te vervallen, is geen eenvoudige opgave. Bij momenten is er dan ook weinig urgentie voelbaar in Iemand moest het doen. De apotheose die de honger naar spanning lijkt te moeten inlossen, is door haar ongeloofwaardigheid eerder storend dan dat ze voldoening geeft.

De spanning ontstaat veel meer in het vraagstuk dat Huysmans over alle hoofdstukken heen oproept: hoe kan een individu dienstbaar zijn en toch gelukkig, zoals Pol? Het lijkt weinigen gegeven. Maria alvast niet. Zij heeft zichzelf altijd weggecijferd voor haar familie, koesterde een blijvend verlangen naar een ander leven, ook al was het “tussen de drek moeilijk om te dromen”, en nu ze in het woonzorgcentrum verblijft, blijken daar te weinig helpende handen om zelf goed bediend te worden. In het algemeen lijken de bewoners van de Kapelstraat, zo observeert de boom van nummer 3, “in hun zelfverklaarde hoogstaande ontwikkeling, het vermogen [te hebben] opgedaan om hopeloos te worden.” Ze lijken daarin op ezels, de diersoort die op de cover prijkt en die als enige in zijn soort “tamelijk depressief” kan worden.

Hoe het verder moet, kan Huysmans niet vertellen. Misschien ligt een deel van het antwoord in taal: wie zich bewust is van de natuurlijke rijkdom om hem heen en het geduld opbrengt om de wereld te leren benoemen, zal zoals Pol meer genieten. Of misschien moet je, net zoals Maria, niet te veel denken en gewoon doen. “Als er één zekerheid was, dan dat de borden opnieuw vuil zouden worden.”

Sanne Huysmans, Iemand moest het doen, Koppernik, Amsterdam, 2024, 222 p.

Lise Delabie c Stine Sampers

Lise Delabie

literair recensent

Foto: Stine Sampers

Reacties

Reacties zijn gesloten.

Gerelateerde artikelen

		WP_Hook Object
(
    [callbacks] => Array
        (
            [10] => Array
                (
                    [0000000000002a850000000000000000ywgc_custom_cart_product_image] => Array
                        (
                            [function] => Array
                                (
                                    [0] => YITH_YWGC_Cart_Checkout_Premium Object
                                        (
                                        )

                                    [1] => ywgc_custom_cart_product_image
                                )

                            [accepted_args] => 2
                        )

                    [spq_custom_data_cart_thumbnail] => Array
                        (
                            [function] => spq_custom_data_cart_thumbnail
                            [accepted_args] => 4
                        )

                )

        )

    [priorities:protected] => Array
        (
            [0] => 10
        )

    [iterations:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [current_priority:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [nesting_level:WP_Hook:private] => 0
    [doing_action:WP_Hook:private] => 
)