Deel artikel

kunst

Kunstexpeditie ‘Into Nature’ toont het Drentse veengebied als toverbal

10 augustus 2021 7 min. leestijd

De tweejaarlijkse openluchtexpositie Into Nature is altijd sterk lokaal verankerd in het Drentse landschap. Nog tot 24 oktober kun je achttien kunstwerken zien in een ogenschijnlijk ongerept veengebied. De van kleur veranderde ‘toverbal’ van de Nederlandse Semâ Bekirović is de meest beklijvende verbeelding van het thema van deze editie: energie.

Inmiddels zijn de Nederlandse musea en expositieruimtes weer open, maar tijdens de opeenvolgende lockdowns was je als kunstliefhebber voor een groot deel aangewezen op de openbare ruimte. Ik ontdekte zelf het plezier van wandelen en fietsen zonder enig ander doel dan sculpturen zoeken in de buitenlucht. Meer dan eens bleek een goed beeld juist zo goed omdat het als een mysterieuze verschijning in de omgeving leek op te duiken. Vaak is er wel een bordje bij met maker, titel en jaartal, maar verder ontbreekt doorgaans alle informatie over de intenties achter het beeld.

Groepstentoonstelling
Into Nature
vindt eveneens plaats in de openbare ruimte en omvat hoofdzakelijk ruimtelijk werk als sculpturen en installaties. Die verschijnen vaak onverwacht in het bijzondere landschap van het Bargerveen, een uitgestrekt natuurgebied in Drenthe waar je kunt kijken zover het oog reikt. Geen vanzelfsprekendheid in veel andere (overwegend) groene omgevingen in Nederland.

Het is raadzaam om een fiets te huren, omdat de kunstwerken zich behoorlijk verspreid in het landschap bevinden. De ondertitel van deze editie luidt New Energy. Dat zit zo: dit is een veengebied en gedroogd veen – oftewel turf – is decennialang als brandstof gebruikt. Door dat thema verschilt de expositie sterk van de wandelingen die ik in de inleiding beschreef: de achtergronden en kunstenaarsintenties zijn hier cruciaal. Je moet er elke keer het programmaboekje bijhouden om de kunstwerken te doorgronden, want puur met je zintuigen kom je er niet. Dat programmaboekje heet overigens de “reisgids” in de terminologie van Into Nature, dat door de organisatie wordt gepresenteerd als een “kunstexpeditie”.

Door deze context is Into Nature ook veel sterker en specifieker verankerd in de precieze lokale situatie dan vergelijkbare Nederlandse openluchtexposities of beeldenroutes als Sonsbeek en Lustwarande.

Conceptueel en zintuiglijk

De opzet van de expositie biedt twee belangrijke componenten: de zintuiglijke, die aansluit op de beleving van het landschap, en een conceptuele, die aansluit op de (historische) achtergrond ervan. De meeste werken bieden beide, maar wel in wisselende samenstelling.

Een goed voorbeeld van een balans die wat te sterk doorslaat richting het idee is de bijdrage van de Iraans-Nederlandse Navid Nuur. Zijn Contact | 52.6769, 699725 | 425.000 v. Chr. – 2021 draait om een gat dat hij groef in het duizenden jaren oude hoogveen, en de kom die hij vervolgens met die aarde bakte. Bezoekers kunnen met die kom water uit het hoogveen scheppen en drinken, als een soort materiële manifestatie van de verstreken tijd.

Het is een typische Nuur omdat, zoals vaker bij hem, het concept zeer sterk ten grondslag ligt aan het uiteindelijke kunstwerk. Zo sterk dat je de helft (of meer) mist zonder die achtergrond. Bovendien wijst deze bijdrage ook iets aan dat inherent lijkt te zijn aan dit type groepsexposities met een uitgebreid overkoepelend thema: de relatie met energie is nogal indirect. Want hoe is er precies sprake van nieuwe energie?

Grabbelton

In die zin moet je het landschap en zijn achtergrond misschien als een soort grabbelton zien, waaraan je naar believen aanknopingspunten voor (nieuwe) kunstwerken kunt ontlenen. Iedereen lijkt zijn eigen thema’s aan de grond te onttrekken. Zo kiezen verschillende kunstenaars niet zozeer voor het veengebied, maar landschappen of de natuur in bredere zin.

In die categorie is vooral de bijdrage van de Nederlandse Awoiska van der Molen echt afgestemd op deze omgeving. Je ziet een aantal foto’s van het Bargerveen die als een soort massieve, rechtopstaande dia’s getoond worden en die gedeeltelijk transparant zijn. Je krijgt zo een soort verdubbeling van het landschap, omdat je het veen door de foto’s heen ziet, waar het veen ook weer op te zien is. Haar Thousands a second a year (2021) is daarmee ook een van de bijdrages die het sterkst beroep doet op de zintuigelijke ervaring – op gewoonweg kíjken.

Natuur en technologie

Van der Molens landgenoot Jan Robert Leegte en de Deen Jacob Kirkegaard zijn vertegenwoordigd met ouder werk dat de natuur thematiseert en een relatie aangaat met de omgeving – zoals dat steevast in kunstjargon heet –, maar niet per se met het Bargerveen. In beide gevallen gaat het overigens wél om sterke kunstwerken. Kirkegaards Melt (2016) is een soort afgesloten ruimte, met weinig meer dan rood licht, een rookmachine en vooral geluid: geluidsopnames van gletsjers.

Terwijl ik schuil voor de regen, is het moeilijk om aan te geven of het klotsen nu van binnen of van buiten Melt komt. De relatie tussen het veengebied en gletsjers is niet heel stevig. Het voelt toch alsof de installatie ook ergens anders geplaatst had kunnen worden, hoe intrigerend het werk op zich ook is.

Ook Leegte heeft een aparte ruimte tot zijn beschikking gekregen voor Performing a Landscape (2020). In een groene container heeft hij een aantal videoschermen geïnstalleerd en ook op de wanden zijn projecties te zien. Ze tonen bewegende computeranimaties van landschappen, die altijd te kunstmatig zijn om voor echt aangezien te worden. Maar wat is echt precies, vooral in relatie tot de natuur?

Dat de installatie niet zo sterk verankerd is in dit natuurgebied en heel andere landschappen laat zien, maakt dan ook niet zo heel veel uit. De thematiek landt hier namelijk precies goed. Het Bargerveen is weliswaar groots en weids, maar het is alsnog een relatief klein overgebleven deel van het moeras dat hier ooit lag; een direct gevolg van de grote vraag naar turf. Het is indrukwekkend hoe de installatie in een afgesloten en begrensde ruimte alsnog de hele omgeving naar zich toe lijkt te trekken.

Ook in de buitenlucht zelf vind je verschillende krachtige kunstwerken die het uitzicht lijken te verstoren en naar hun hand te zetten. Behalve windmolens, een mobiele zonne-energiegenerator en een oud treintje – elementen die strikt gezien geen deel uitmaken van Into Nature, maar de beleving van zowel het gebied als de expositie sterk kleuren – kom je ook een enorme scheepsmotor tegen.

Dit is World Disclosure (2020), een werk van de internationaal bekende Britse kunstenaar Roger Hiorns. Hoewel de mismatch tussen omgeving en object intrigerend is, blijft het daar ook bij. De sculptuur is op verschillende manieren een fremdkörper die al te letterlijk naar energie verwijst en niet direct een nieuw licht werpt op de omgeving.

Accu’s en een enorme toverbal

Qua pure verschijningskracht is World Disclosure overigens wel een mooi beeld, dat echter nog wordt overtroffen door de beeldengroep van de Duitser Johannes Büttner. Je moet de bosjes in voor Untitled (Free Energy) (2018-2021), dat bestaat uit een serie betonnen sculpturen. Eerst zie je de kleinere exemplaren, die ogen als postapocalyptische overblijfselen. Wanneer je diep genoeg het groen in bent gewandeld, over de modderige grond, kom je opeens oog in oog te staan met veel grotere varianten die ogen als Terminators die zijn gemaakt uit fragmenten van gebouwen. De sculpturen prikkelen de zintuigen heel sterk: door het enorme contrast tussen het beton en de mechanische elementen, maar ook door de natuurlijke omgeving.

Untitled (Free Energy) is bovendien een bijdrage die extra kracht ontleent aan het concept. De cyborgachtige exemplaren hebben een accu die zichzelf constant en eindeloos opnieuw oplaadt, althans in theorie. Die batterijen werden ontworpen door zogeheten free-energy engineers, een community van vrij- of complotdenkers – afhankelijk van hoe je ernaar kijkt – die volop overtuigd zijn dat duurzame energiebronnen allang mogelijk zijn. De grote bedrijven en de regeringen zouden dit echter dwarsbomen, omdat zij er geen belang bij hebben.

Deze achtergrond roept zowel herinneringen op aan de weerzin tegenover windmolens – soms zelfs tot regelrecht vandalisme aan toe – als aan een utopisch vergezicht waarin energie onuitputtelijk is en waarvoor de aarde tegelijkertijd niet (extra) hoeft te lijden. Misschien wordt dit de stroomvoorziening die de toekomstwerelden uit sciencefictionfilms mogelijk maakt.

Door bijdrages als die van Leegte en Büttner wordt de relatie tussen natuur en technologie stevig als onderwerp neergezet. Dat wil niet zeggen dat de natuur niets meer te zeggen heeft, zoals blijkt uit All That Is Solid (2021) van Semâ Bekirović. De Nederlandse kunstenaar maakte een anderhalf meter hoge toverbal, ook daadwerkelijk van suiker; een cruciale energiebron voor het menselijk lichaam.

Het object wordt door de wind en de regen aangetast en verandert daardoor van kleur. Ik bezocht de expositie op de tweede dag, die net als de eerste nogal regenachtig bleek. De ronde sculptuur oogde overwegend rozerood, maar daar begon je al lagen doorheen te zien, als de verkleurde, half afgebladderde posters die je in steden onder de andere verkleurde posters ziet.

Je kunt natuurlijk ook denken aan de verschillende aardlagen; het zou me niets verbazen als Bekirović zich heeft laten inspireren door het bekende kinderliedje ‘De wereld is een toverbal’. De nogal zoete boodschap – “Dus zullen we er samen iets van moeten maken / De wereld is een mooi, maar bewerkelijk ding” – lijkt echter ver weg, omdat de grote toverbal ook nogal giftig lijkt. (Geen zorgen: Bekirović liet me per mail weten dat het object volledig milieuvriendelijk is.)

Het object is een indringende verbeelding van hoe de enorme menselijke behoefte aan energie haar achterlaat, zelfs in een natuurgebied dat zo ongerept lijkt. Bekirović weet zo een groot aantal van de achtergronden van deze Into Nature knap te verbinden. Ik ben overigens vreselijk benieuwd hoe deze sculptuur zich verder zal ontwikkelen. Dit stuk zou ik dan ook graag afsluiten met een open oproep: lieve lezers, deel gerust jullie foto’s van All That Is Solid met mij. Dan wordt duidelijk hoe de verstrijkende tijd steeds nieuwe lagen blootlegt.

Website Into Nature: New Energy (nog tot 24 oktober 2021)

Maarten Buser-1- -Aad Hoogendoorn

Maarten Buser

kunst- en poëziecriticus, dichter

Reacties

Reacties zijn gesloten.

Lees ook

		WP_Hook Object
(
    [callbacks] => Array
        (
            [10] => Array
                (
                    [000000000000291b0000000000000000ywgc_custom_cart_product_image] => Array
                        (
                            [function] => Array
                                (
                                    [0] => YITH_YWGC_Cart_Checkout_Premium Object
                                        (
                                        )

                                    [1] => ywgc_custom_cart_product_image
                                )

                            [accepted_args] => 2
                        )

                    [spq_custom_data_cart_thumbnail] => Array
                        (
                            [function] => spq_custom_data_cart_thumbnail
                            [accepted_args] => 4
                        )

                )

        )

    [priorities:protected] => Array
        (
            [0] => 10
        )

    [iterations:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [current_priority:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [nesting_level:WP_Hook:private] => 0
    [doing_action:WP_Hook:private] => 
)