Ivana Šćepanović: vertalen als passie
(Jelica Novaković-Lopušina) Ons Erfdeel - 1997, nr 2, 300-301
Toen ik tien jaar geleden het eerste Lectoraat Nederlands in (voormalig) Joegoslavië van de grond kreeg, was ik enigszins mistroostig bij de aanblik van mijn eerste lichting studenten. Hun motivatie leek me geen blijvende belangstelling voor de Nederlandse taal en cultuur te waarborgen: een jonge nonconformist aangetrokken door het gedoogbeleid van de Nederlandse overheid, een vrouw die een LAT-relatie had met een Nederlander, een rijpere dame op zoek naar een nieuw begin... Tja, ‘wie leert er nou zo'n exotisch taaltje?', weerklonk toen de vraag van menig Nederlander in mijn oren. Niets bleek minder waar dan die eerste indruk, want de meest productieve vertalers van Nederlandstalige literatuur zijn juist uit dat ietwat excentrieke groepje voortgekomen dat behalve kennis ook passie zocht.
Ivana Šćepanović, die toen juist haar loopbaan als lectrice Servo-Kroatisch en vertaalster Engels en Italiaans bij een grote uitgever had beëindigd, is zonder twijfel de meest vooraanstaande onder hen.
Verder lezen?
Dit is een artikel waarvoor je moet betalen. Koop dit artikel of neem een abonnement om toegang te hebben tot alle verhalen van de lage landen.
Reactie plaatsen
Aanmelden