Ilke Cop schildert om telkens opnieuw te kunnen beginnen
Iets creëren vanuit het niets: dat is volgens Ilke Cop de rol van de kunstenaar in een afbrokkelende wereld. Lange tijd schrok het witte canvas haar af, maar nu ziet ze dat in dat begin nog alle potentieel ligt. Het is ook het moment dat ze zich het meeste voelt samenvallen met zichzelf. ‘Als ik schilder, is er niet langer een afstand tussen wat ik doe en wie ik ben.’
In een kamer van vier bij drie meter in Anderlecht staat een groot doek tegen de muur. Het is een van de werken waaraan beeldend kunstenaar Ilke Cop bezig is voor haar solo in juni in Tatjana Pieters Gallery. We zien een vrouw die op haar knieën zit. Ze is een figuur aan het kleien, te midden van een uitgestrekt maar verlaten landschap.
Twee dagen geleden maakte Cop het schilderij af. Het was een emotionele ervaring. “Ik was aan het denken aan de situatie in Palestina”, vertelt ze. “En hoewel dit werk daar niets mee te maken heeft – het gaat over een omgekeerde genesis, met de vrouw als scheppende kracht – schrok ik ervan hoe de beelden die we overal te zien krijgen in mijn werk doorsijpelen. De vrouw buigt zich als het ware naar haar geliefde die bewegingsloos neerligt. Het zijn vaak de vrouwen en kinderen die overblijven na de oorlog.”
© Jana Germanus
Als de wereld rondom ons afbrokkelt, sluipen er onbewust brokstukken in ons hoofd, die zich een weg naar buiten zoeken via onze handen. In dat kneden en voelen zit ook veel sterkte, meent Cop. “Er spreekt een generatieve kracht uit het feit dat we blijven creëren in moeilijke situaties. Mijn schilderijen zijn een manier om die creatieve kracht waar te maken.”
Misschien is het een antwoord op de vraag die ze zich al langer stelt: “De wereld is naar de zak. Hoe ga je daar als kunstenaar mee om?” Het is duidelijk voor haar dat de wereld zijn einde bereikt heeft. Om te weten hoe het verder gaat, begon ze voor haar expo voor Luxemburg Art Week in november 2023 apocalyptische werelden te onderzoeken; een thema waarover ze nog niet uitgezocht is.
‘Er spreekt een generatieve kracht uit het feit dat we blijven creëren in moeilijke situaties’
“Ik merk wel dat ik me in deze fase meer naar binnen keer en stilsta bij mijn rol als kunstenaar. Dat uit zich ook in mijn werk: je ziet een eenzame kunstenaar die zich beweegt in een weids landschap en iets creëert vanuit het niets.”
Genesis
In tegenstelling tot het einde, waar de werken voor Luxemburg Art Week op focusten, grijpt Cop bij haar nieuwe reeks terug naar het begin: de genesis. De terugkeer naar een fictief begin helpt haar om verder te gaan, vertelt ze. Het geeft haar een vruchtbare bodem om nieuwe werken te maken. Bovendien is het iets dat haar persoonlijk boeit, want ze weet als geen ander hoeveel kracht er in een begin verscholen ligt. “Ik ben iemand die al vele levens geleid heeft en telkens opnieuw begint. In dat begin ligt nog al het potentieel.”
Ze verwijst onder meer naar haar vorige leven als modeontwerpster voor het gelijknamige label ILKECOP. Hoewel de droom om te schilderen er altijd heeft ingezeten, zou ze eerst een diploma halen, zoals dat vaker gaat. Maar ook na haar studie Kunstgeschiedenis hoorde ze een bang stemmetje.
“Het deel van mij dat wilde schilderen duwde ik weg omdat ik een bepaald beeld van ‘de kunstenaar’ had: een man die zich, als een onverklaarbaar genie, terugtrekt in zijn atelier. Daarmee vereenzelvigde ik me niet. Bovendien vond ik het eng om vanuit een wit canvas te vertrekken. Daarom zocht ik mijn weg naar de toegepaste modewereld, waar ik kon beginnen vanuit een silhouet of een stuk textiel.”
© Silvia Cappellari
Haar merk ILKECOP was best succesvol, maar misschien iets té succesvol. Na een tijd was ze namelijk meer bezig met een bedrijf te leiden dan met haar ideeën in een creatieve vorm te gieten. Omdat het plezier weg was, besloot ze even een pauze in te lassen en een collectie over te slaan. “Ik heb alles aan de kant geschoven in mijn atelier en een schildersezel neergezet. Ik had nog nooit geschilderd, maar er wel altijd over gefantaseerd en deze keer wilde ik echt iets voor mezelf doen. Het zou een hobby worden, puur voor het plezier.” Ze lacht. “Alleen ben ik daar niet zo goed in. Bij mij wordt alles meteen een grote obsessie.”
Zelfportretten
Noem het obsessie, noem het ambitie of passie; het belangrijkste is dat schilderen het plezier terugbracht. “Voor het eerst had ik het gevoel dat ik samenviel met wat ik deed”, herinnert ze zich. “Er was niet langer een afstand tussen mijn werk en wie ik ben. Gek eigenlijk, want mijn modemerk droeg mijn naam, maar daar voelde ik me juist schizofreen bij. Ik wilde er niet mee geassocieerd worden.”
Ook de verantwoording die ze had gevoeld tegenover de klanten viel weg. “Als ik een schilderij maak, denk ik niet na over hoe het onthaald zal worden. Mode maakte ik voor de ander; mijn kunst vertrekt in de eerste plaats vanuit mezelf.”
© Johan Duyck
Het is een van de redenen waarom ze haar eigen beeltenis in haar schilderijen verwerkt. Om dicht bij de realiteit te blijven en voor zichzelf te spreken. “Daar heb ik lang over nagedacht. Zo heb ik vroeger rond het thema van het kolonialisme gewerkt. Maar kan ik wel spreken voor de mensen die dat geweld hebben meegemaakt hebben? Ik kwam tot de conclusie dat ik alleen kan spreken vanuit mijn bagage van het koloniale verleden van mijn voorvaderen.”
In het meest persoonlijke en concrete ligt het meest universele, gelooft Cop. Door haar lichaam opnieuw en opnieuw te schilderen kan ze juist meer de diepte in gaan. “Als ik telkens een andere persoon afbeeld, worden het portretten”, legt ze uit. “Maar doordat ik altijd van dezelfde figuur vertrek, overstijgt die mezelf.” Dat laatste is ook een criterium voor wanneer een werk af is. “Zodra ik het gevoel krijg dat de figuur op het schilderij iemand anders geworden is, is het klaar.”
Beeldenbank
Dan is ze ook volledig klaar om het werk de wereld in te sturen. Zodra een schilderij op zijn plaats valt, wil ze het zo snel mogelijk verspreiden. Ze zucht, want de expo in juni voelt nog ver weg. “Ik heb iets van mezelf in het werk gelegd, maar bij alle toeschouwers zal het een eigen leven leiden, verstrengeld met de bestaande beelden in hun hoofd. Ik zou het superinteressant vinden als mijn werk ook een plek krijgt in die beeldenbank en mee bepaalt hoe ze vervolgens naar dingen kijken.”
Als je een expo van haar bezoekt, hoopt ze dat je je even deel voelt van een ander universum. Om die beleving te vergroten maakt ze ook sculpturen. “Ik vind het enorm belangrijk hoe een werk gepresenteerd wordt in de ruimte. Ik hoop namelijk dat het ogenblik waarop de toeschouwers de zaal betreden een moment is van herkenning en ontdekking. Ze merken iets op dat ze nog nooit gezien hebben, maar dat wel bepaalde gedachten triggert. Door met meerdere media te werken, wil ik die ervaring versterken.”
‘Zodra ik het gevoel krijg dat de figuur op het schilderij iemand anders geworden is, is het klaar’
De tentoonstellingen waarbij de kunstwerken – van tapijten tot sculpturen – hun medium overstijgen en als één stem spreken, zetten ook bij haarzelf het meeste in beweging. “Dat is waar ik naar streef”, zegt ze. “Een expo waarin alle kunstwerken samensmelten om de bezoekers onder te dompelen in een wereld die ze even voordien nog niet kenden. Een wereld die er niet meer is of er ooit zal zijn.”
Ilke Cop mocht in januari de tweejaarlijkse Gaverprijs voor beginnende Belgische kunstenaars in ontvangst nemen. Tot 24 februari is haar werk te zien in de groepsshow van alle genomineerden in CC De Schakel, Waregem.
Ze neemt ook deel aan de Biënnale of Women in Art van 18 tot 31 maart in Espace Vanderborght in Brussel, het street art festival Crystal Ship in april in Oostende, en de groepexpo Les Liaisons Désireuses van 26 mei tot 13 oktober in Kasteel d’Ursel, Hingene.
Ondertussen werkt ze toe naar haar tweede solopresentatie in juni bij Tatjana Pieters Gallery, Gent.