‘Finis Terrae’ in Antwerpen is een kunstwandeling vol vergaan en glorie
Natuurrampen, extremisme, covid… steeds meer worden we geconfronteerd met de grenzen van onze maatschappij en planeet. Kunstwandelroute Finis Terrae in Antwerpen onderzoekt hoe we die grenzen uitdagen, verleggen en kunnen overstijgen. Zo is het einde der tijden misschien ook een nieuw begin.
In de verborgen tuin naast de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal ligt een meteoriet. Het enorme rotsblok is net niet op de kerk zelf gevallen. Gelukkig maar, want als een meteoriet van dit formaat zou inslaan op Antwerpen, verdwijnt de stad tot as. De sculptuur is zelfs zo groot dat Marius Ritiu hem ter plekke moest opbouwen, gehamerd uit koperen platen. Een mens zou van minder nederig worden.
© David Samyn
Het is een effect dat nog veel kunstwerken van Finis Terrae hebben. Dat kan moeilijk anders, met de weinig hoopvolle toestand van onze planeet en maatschappij als rode draad. Exact vijf jaar na de grootschalige kunstwandeling Ecce Homo maken curatoren Yasmine Geukens en Marie-Paule De Vil, in samenwerking met Lien Craps en Eric Rinckhout, er opnieuw een ontdekkingstocht van.
Met Finis Terrae zetten ze dertien verrassende locaties in de Antwerpse binnenstad en vijftig hedendaagse Belgische kunstenaars in de kijker. Van de Vlaeykensgang tot een leegstaand appartement, van Otobong Nkanga tot Ben Sledsens: allemaal doen ze je op hun manier nadenken over hoe we samenleven met de planeet en met elkaar.
Apocalypse Now
Die planeet heeft stilaan genoeg van de menselijke manipulatie. Het zal niet lang meer duren, suggereren verschillende kunstenaars, of de aarde zal eens hard schudden, branden of overstromen. Om daarna zonder de mens rustig verder te leven. In de verlaten Sint-Niklaaskapel waan je je de laatste persoon op aarde, zeker als je oog in oog staat met de 3D-video-installatie van David Claerbout. Op een groot scherm bij het altaar vatten de frisgroene bomen steeds meer vuur en besef je dat het wel heel snel kan gaan.
Alle werken doen op hun manier nadenken over hoe we samenleven met de planeet en met elkaar
Nog zo’n vagevuur is het energieke schilderij tegen een goud-zwarte achtergrond van Joris Van de Moortel, dat meteen opvalt als je binnenkomt bij galerie Geukens & De Vil. Toch oogt het niet heel deprimerend. Het voelt eerder transformerend, alsof het nodig is om bepaalde processen te verbranden om plaats te maken voor nieuwe ideeën.
Dat transformatie niet altijd positief is, toont Maarten Vanden Eynde dan weer in het werk dat ernaast ligt. Hij smolt een ton plastic afval uit de oceaan samen tot een onnatuurlijk rif. Tussen die misleidende plastic soep is het enige echte stukje koraal amper zichtbaar.
Ook in het Snijders&Rockoxhuis staat een werk van Vanden Eynde: een schedel met siliciumchips die de laatste mens voorstelt. Het past mooi tussen de andere werken in de pronkkast, zoals de steen waarop Peter De Meyer de data van de expo drukte, als een soort houdbaarheidsdatum. De mens kan de natuur wel naar zijn hand zetten, maar uiteindelijk hebben wij een einddatum en zal de steen daarna blijven bestaan.
© David Samyn
Net als de aarde zal ook onze kennis voortleven als wij er niet meer zijn. Dat valt sterk op in Museum Plantin-Moretus, dat als museum over de boekdrukkunst als geen ander gespecialiseerd is in kennisoverdracht. Tussen de oude portretten en wereldbollen plaatste Louis De Cordier een reeks kleitabletten en een bronzen geometrische figuur. Het is de ‘metatron’, een mysterieus object dat kunst, wetenschap en religie verbindt en al eeuwenlang fascineert.
Beide werken tonen hoe de materie ons denken vastlegt voor de toekomst. Al stelt Kris Martin zich de vraag of we niet te veel informatie verspreid hebben sinds de boekdrukkunst. Door het overaanbod zijn we het noorden kwijt, zien we de weg niet meer naar een utopie, zo suggereren zijn lege bronzen pijlen.
Beenderen in de bibliotheek
De wandelroute zelf volgt gelukkig wel een plattegrond. En die wandeling zou niet zo uniek zijn zonder de dertien bijzondere locaties. Ze liggen allemaal redelijk dicht bij elkaar, maar de vijftig kunstwerken roepen wel veel vragen op, veel perspectieven op één overkoepelend thema. Daardoor kan het geen kwaad om de wandeling te spreiden over meerdere momenten. Met een frisse blik kun je je nog meer verbazen over de manier waarop de werken in dialoog gaan met de vaak historische plekken.
Sommige zijn zelfs speciaal voor de locatie gemaakt. Zo schilderde Sofie Muller een schimmelnetwerk op oude topografische kaarten, die zo goed opgaan in het salon van Museum Plantin-Moretus dat we er bijna voorbijlopen.
Ook in het Snijders&Rockoxhuis passen sommige werken perfect bij hun omgeving. Babs Decruyenaere legde bijvoorbeeld een steen in een nis in de muur en als pronkstuk in een kunstkabinet. Voor de zaal met jacht- en visvangsttaferelen maakte Cindy Wright een schilderij met even feestelijke als walgelijke voedseloverschotten. En tussen soortgelijke banketten palmt Berlinde De Bruyckere de ruimte in met een werk vol levensgrote, uitgebloeide leliebladeren die versmelten als vlees en huid.
© David Samyn
Een paar straten verderop ligt de Nottebohmzaal. Een pareltje op zich, dat nu nog meer fascineert door de locatiegebonden werken van Gideon Kiefer en Jeffe De Brabandere. Geïnspireerd door de apocalyptische houtgravures van Albrecht Dürer schilderde Kiefer een reeks dystopische taferelen. Ze staan in de glazen wandkasten tussen de boekenrekken als relikwieën van een reeds vergane toekomst.
Ook de aardekleurige sculpturen van De Brabandere in het midden van de zaal lijken uit een andere tijd te komen. Uit gevonden, oude en gerecycleerde materialen en dierlijke beenderen, tanden en schedels bouwde hij vier vergankelijke composities met het boek De vier uyterste van den Mensch als rode draad.
Hortus Conclusus
Natuurlijk draait Finis Terrae niet alleen om eindigheid, want elk einde kent een nieuw begin. Volgens Ben Sledsens heeft die nieuwe, betere wereld een frisgroen junglelandschap. Ook de Hortus Conclusus van de St. Joriskerk volgt dat beeld van de utopie. De curatoren zagen de ommuurde tuin eerst als locatie voor een kunstwerk, maar eigenlijk bleek het ontwerp van landschapsarchitect Ronald van der Hilst al een kunstwerk op zich. Hij creëerde er een paradijselijk stukje natuur in de stad met planten uit het Bijbelse Hooglied.
© David Samyn
Het is verademend om even uit de straten te ontsnappen naar het groen, al is de vraag is of die utopie voor iedereen bereikbaar is. De tuin is niet voor niets ommuurd. Ook het utopische eiland op de ets van Philip Aguirre y Otegui in Museum Plantin-Moretus is ontoegankelijk, omringd door industrie, overbevolking en migratiestromen. Afgeschermd door hekken toont het hoe we de landsgrenzen opnieuw feller bewaken.
Grensoverschijdend
Die grenzen komen veelvoudig terug in de tentoonstelling, in alle betekenissen van het woord. Achter een onopvallende, zwarte etalage toont Winnie Claessens een blinkende satelliet, die verwijst naar de Voyager I en Voyager II. Met die ruimtesondes wilden we de grenzen van onze planeet letterlijk verleggen. Soms gaan we ook te ver, waarschuwt Arpaïs Du Bois in En guerre avec la terre: we graven steeds verder naar grondstoffen, met klimaatrampen als gevolg.
© David Samyn
En terwijl we de grenzen van de natuur overschrijden, zijn er andere grenzen waaraan we halsstarrig vasthouden. Aan de structurele ongelijkheden voor vrouwen, bijvoorbeeld. In een leegstaand appartement, gestript van zijn functie en geschiedenis, gaan acht vrouwelijke kunstenaars in gesprek over hoe het is om vrouw te zijn in onze maatschappij. Als je binnenkomt, sta je oog in oog met een vastgeketende vrouw geborduurd op een meelzak door Pélagie Gbaguidi. Ze is gevangen en tegelijk behoudt ze een enorme kracht.
Het felgekleurde textielwerk van Sam Druant dat ernaast hangt, gaat dan weer over de angst die je als vrouw voelt als je ‘s avonds achtervolgd wordt en net wat sneller gaat fietsen. Seksisme, maar ook racisme, economische moeilijkheden en dergelijke meer kunnen volgens Lisa Ljeoma zelfs leiden tot slaapproblemen, waardoor je minder goed kunt recupereren. Op een groot doek beeldt ze een slapende figuur af, maar de grauwe kleuren suggereren dat die rust niet zo vredig is.
Grenzen komen veelvoudig terug in deze tentoonstelling, in alle betekenissen van het woord
Moeten we dan eerst de problemen tussen mensen onderling aanpakken voor we ons kunnen buigen over de staat van de planeet? Niet per se. Volgens Otobong Nkanga gaan een gezonde mens en een gezonde aarde hand in hand. In galerie Geukens & De Vil knoopte ze stenen, geneeskrachtige kruiden en etherische oliën aan een touw dat vanaf het plafond slingert over de vloer en over een felgekleurd tapijt. Met een helende kracht brengt het ons weer in verbinding met de natuur en elkaar.
Zo biedt Finis Terrae niet alleen ontreddering maar ook hoop. Er is al veel om zeep, zoals het werk van Frederik Lizen letterlijk zegt, maar er valt ook nog wat te redden. En misschien moeten we niet alles wat we meedragen radicaal met de grond gelijk maken, maar vooral wat meer open ruimte laten. Dat suggereren de fragiele, deels doorzichtige weefwerken van Elise Peroi. Laten we dus hier en daar een gat creëren, zodat er ruimte is voor licht, nieuw leven, een nieuw begin.
Finis Terrae. Het einde. Een begin loopt nog tot en met 26 februari op dertien locaties in Antwerpen. De bijbehorende publicatie is verschenen bij Hannibal Books.