Context bij cultuur in Vlaanderen en Nederland

Publicaties

Context bij cultuur in Vlaanderen en Nederland

De zeventiende-eeuwse tulpenliefde van fotograaf Bas Meeuws
0 Reacties
De lieve lente, 2018, Rijksmuseum Muiderslot © Bas Meeuws
De lieve lente, 2018, Rijksmuseum Muiderslot © Bas Meeuws De lieve lente, 2018, Rijksmuseum Muiderslot © Bas Meeuws
Op de schouders van de Oude Meesters
kunst

De zeventiende-eeuwse tulpenliefde van fotograaf Bas Meeuws

De Nederlandse fotograaf Bas Meeuws zet de traditie van bloemstillevens uit de Gouden Eeuw voort. Vooral de doeken van Hans Bollongier (1600-1645) inspireren hem daarbij. Bollongier schilderde niet zomaar bloemen, maar tulpen, die in het Nederland van de zeventiende eeuw nog heel exclusieve en exotische bloemen waren. Met zijn eigen zorgvuldig gecomponeerde stillevens vraagt Meeuws respect én verwondering voor de natuur.

“Nederlandse beeldende kunstenaars vergeten hun voorgangers in de kunstgeschiedenis niet.” Dat zei de Italiaanse fotograaf en fotografieconservator Martino Marangoni ooit tegen Maartje van den Heuvel, conservatrice van de collectie bijzondere fotografie van de universiteit Leiden. Van den Heuvel: “In het gesprek dat zich ontvouwde, kwam naar voren dat Nederlandse kunstenaars goed observeren, dat zij gevoel hebben voor evenwichtige composities waar ook plek is voor ruimte en stilte, dat zij een goed oog hebben voor licht en dat zij veel aandacht besteden aan de technische afwerking van hun beelden.”

In mijn hedendaagse fotografische interpretaties van zeventiende-eeuwse bloemstillevens gaat het om de lust van het observeren, om mijn oog voor detail. Verwondering was heel belangrijk in de bloemschilderkunst van de Nederlandse Gouden Eeuw. Sierbloemen zoals tulpen zijn tegenwoordig heel normaal in ieder tuincentrum of iedere bloemenwinkel, maar voor de zeventiende-eeuwse kijker was een tulp iets heel exotisch, net uit het islamitische Turkije via Italië in Nederland geïmporteerd. De zeventiende-eeuwse Nederlander heeft ongetwijfeld zijn ogen uitgekeken op de onbekende en ongekend prachtige kleuren en vormen van die bloemen. Díé verwondering wil ik terugbrengen met mijn werk.

Bloemstillevens zijn niet altijd mijn onderwerp geweest. Ik ben autodidact en was voor 2010 voornamelijk een zeer enthousiaste hobbyfotograaf die zijn leven, in de breedste zin, vastlegde. Geïnspireerd door vrienden-fotografen en mijn vriendin op de kunstacademie ontwikkelde ik me als fotograaf en observator. Mijn vroege werk bestaat uit stillevens van allerlei zaken, die ik in de woonkamer onder het licht van bouwlampen plaatste (wanneer de kinderen in bed lagen).

Gaandeweg vielen mij de geschilderde bloemstillevens meer en meer op en ik raakte erdoor gefascineerd. Werken van onder meer Jan Davidsz de Heem (1606-1684), Ambrosius Bosschaert (1573-1621) en Daniel Seghers (1590-1661) spraken me zeer aan. In het Mauritshuis in Den Haag viel mij in het bijzonder Bloemen in een Wan-Li vaas en schelpen van Balthasar van der Ast (1593-1657) op en in het Rijksmuseum in Amsterdam was het vooral het Stilleven met bloemen (1639) van Hans Bollongier (1600-1645) dat mij vol raakte.

Over tulpenpracht en het barsten van een bubbel

Ik herinner me dat ik in 2010 voor het eerst dit schilderij in het Rijksmuseum in het echt zag. Het was kleiner dan ik me had voorgesteld en wegens de grote verbouwing van het museum hing het nog in de Philips-vleugel in de expositie van hoogtepunten uit de vaste collectie. Eerst observeerde ik het een tijdje van op afstand, waarbij me vooral de zachte uitstraling van het werk raakte, de schijnbaar monochrome kleurvoering.

Ik maakte me de bedenking dat die grote hoeveelheid tulpen onmogelijk samen in één vaas hadden gestaan, want die bloemen waren in die hoogtijdagen zo kostbaar dat het mogelijk was om voor één tulpenbol een grachtenpand in Amsterdam te kopen. De zeer geslaagde dieptewerking in het schilderij verkreeg Bollongier door de bloemen voor en achter elkaar te plaatsen en door de voorste bloemen in het licht te plaatsen en de meer naar achter gelegen bloemen donkerder af te beelden.

Stapje voor stapje ging ik dichter naar het schilderij, waardoor steeds meer details opvielen: de kleine rups links van de vaas, de bloemen en blaadjes rechts in de duisternis. Ik zag dat er meer kleuren gebruikt werden dan slechts lever, geel, wit en rood (er zitten zelfs kleine stukjes blauw in de middelste tulp).

Eenmaal met mijn gezicht bijna op het schilderij vielen de penseelstreken op, de glinsteringen, de finesse waarmee de textuur en detaillering van bijvoorbeeld de meeldraden en haartjes op een steel werden vastgelegd, de weerspiegeling op de vaas, de afgesneden steel op de tafel.

Hans Bollongier was vooral bekend om zijn bloemstukken, waarin tulpen de belangrijkste plaats innamen. De Hollandse bloemschilders kozen vaak voor de tulp als de meest prominente bloem in hun werk. Die keuze werd beïnvloed door de ongekende populariteit van de tulp in de jaren dertig van de Gouden Eeuw bij handelaren en verzamelaars. De tulpen werden ook vaak in aquarellen afgebeeld en die aquarellen dienden als een vorm van catalogus. Zo konden speculanten zien wat ze van hun aangeschafte tulpenbol mochten verwachten.

Die tulpenmarkt werkte grootscheepse speculatie in de hand, wat uiteindelijk leidde tot het barsten van de bubbel. Dat was het einde van de tulpenmanie (1635-1637), meteen ook de eerste ineenstorting van de financiële markt. Maar dat betekende geenszins het einde van de interesse voor de tulp. Tulpen in een vaas werd in 1639 geschilderd, slechts twee jaar na de crash. De populariteit van de tulp was niet gedaald door de catastrofe, zelfs veeleer gestegen. Alleen de prijs was fors gedaald was. Tulpen zouden nog tot ver in de achttiende eeuw een vast onderdeel blijven van geschilderde bloemstukken.

Terug naar de natuur

Hoe duur en exotisch de tulpen toen waren, zo gewoontjes zijn ze vandaag de dag. Anno 2021 is het mogelijk om voor twee à drie euro een bosje identieke tulpen bij de supermarkt te kopen. Door de sterke verstedelijking en het gevoel dat alles maak-, haal-, beheers- en beïnvloedbaar is door de mens, is diezelfde mens naar mijn mening steeds verder van de natuur af komen te staan. We zijn zover doorontwikkeld en gespecialiseerd dat sommige mensen bij voorbeeld niet eens meer weten dat er voor de productie van melk een koe nodig is. Wie weet nog hoe een kropje sla eruitziet, als men enkel voorgewassen en -gesneden slablaadjes in een plastic zakje kan kopen.

Met mijn fotografische stillevens wil ik ervoor zorgen dat de kijker weer meer respect krijgt voor wat de natuur te bieden heeft. Mede daarom is er in mijn werk naast hele mooie tulpen en rozen bijvoorbeeld ook onkruid te zien is, gewone bloemetjes en plantjes die simpelweg in de berm of langs het trottoir groeien, bloemetjes waar iedereen onachtzaam voorbijloopt. Ook eetbare bladeren en bloemen, zoals het boerenkoolblad, visueel heel aantrekkelijk (zowel vers als oud en vergaan).

De lieve lente is een werk dat ik heb gemaakt in opdracht van het Rijksmuseum Muiderslot (niet ver van Amsterdam). Het bestaat uit bloemen, planten, insecten en andere dieren uit de tuin van dat kasteel, die ik gedurende een heel jaar heb vastgelegd. Ook het interieur, de tafel, vaas en de vensters zijn van het Muiderslot.

Website Bas Meeuws

Aanmelden

Registreer je of meld je aan om een artikel te lezen of te kopen.

Sorry

Je bezoekt deze website via een openbaar account.
Je kunt alle artikelen lezen, maar geen producten kopen.

Belangrijk om weten


Bij aankoop van een abonnement geef je toestemming voor een automatische herabonnering. Je kunt dit op elk moment stopzetten door contact op te nemen met emma.reynaert@onserfdeel.be.