De Wellington-steengroeve: een stad twintig meter onder de grond in Arras
Nadat we de heuvel van Notre-Dame-de-Lorette hebben beklommen in onze reeks over de slagvelden van Noord-Frankrijk, gaat het nu neerwaarts voor de laatste etappe. We duiken onder de Artesische grond in Atrecht (Arras). De Wellington-steengroeve is een verbazingwekkende getuigenis van de gevechten tijdens de Eerste Wereldoorlog.
Van Arras kent men doorgaans de twee prachtige pleinen: honderdvijfenvijftig barokke Vlaamse trapgevels met hun voluten en driehonderdvijfenveertig zuilen. De pleinen en hun huizen werden opnieuw opgetrokken na de Eerste Wereldoorlog. Deze prefectuur van de Pas-de-Calais werd zo erg getroffen dat ze voor tachtig procent in puin lag.
Ook de kelders, minder direct zichtbaar, dragen sporen van het conflict. Sinds de Middeleeuwen vind je hier kalksteengroeven. Ze dienden destijds om de stad Atrecht te bouwen. Tijdens de Eerste Wereldoorlog kwam het bestaan van ondergrondse gangen de Britten ter ore. Waarom zouden ze die niet benutten voor een verrassingsaanval op de vijandelijke linies, op enkele kilometers van het stadscentrum?
© Nicolas Montard
Het probleem was dat de verschillende steengroeves niet met elkaar in verbinding staan. Er werd een oplossing bedacht om dat voor elkaar te krijgen. Gedurende zes maanden losten een vijfhonderdtal Nieuw-Zeelandse sappeurs elkaar dag en nacht af en brachten een netwerk van twintig kilometer tot stand.
In maart 1917 werden de galerijen met elkaar verbonden. Zo ontstond een echte ondergrondse stad die je nog steeds gedeeltelijk kunt bezoeken. De steengroeves werden genoemd naar steden in Nieuw-Zeeland (waaronder dus Wellington) en in Groot-Brittannië. Er zijn slaapzalen, latrines, keukens, een ziekenhuis en ook rails en elektriciteit.
© Nicolas Montard
Vierentwintigduizend man gingen ondergronds. Ze werden een week lang ingekwartierd in aanloop van het offensief van 9 april 1917 om 5.30 uur. Die nacht, ondanks de lente, sneeuwde het in Atrecht. En plots, op twee kilometer van het belfort, doken er voor de ogen van de verbijsterde Duitse troepen uit vijftien tunnels duizenden soldaten op. De strategie was een succes, maar dan vooral op papier. Het uiteindelijke resultaat van deze slag, die negenendertig dagen duurde en ook een afleidingsmanoeuvre was voor wat zich op de Chemin des Dames in het naburige departement Aisne afspeelde, was eigenlijk heel beperkt: de frontlinie in deze sector werd slechts minimaal verschoven… amper tien kilometer.
© Nicolas Montard
Tijdens de Tweede Wereldoorlog waren de steengroeven tijdens de bombardementen een schuilplaats voor een deel van de inwoners van Atrecht. Maar voor de rest werden ze in de twintigste eeuw grotendeels vergeten, ook al waren ze vanuit sommige stadskelders toegankelijk. Ze werden in de jaren 1990 herontdekt door archeologen. Eén van die steengroeves, de Wellington-steengroeve, werd toen ingericht voor bezoekers.
Twintig meter onder de grond kunnen toeristen zich een beeld vormen van het werk van de Nieuw-Zeelandse sappeurs en van het soldatenleven hier. Getekende silhouetten en gebeeldhouwde gezichten op de muren getuigen nog van de vroegere bewoners. Eén van de bekende bezoekers die het steengroevemuseum graag onder de aandacht brengt, is een zekere Peter Jackson, de regisseur van The Lord of the Rings. Hij vond hier het spoor terug van een grootoom.