‘100UP’ van Heddy Honigmann: de tijd nemen is de tijd weerstaan
Waarvoor komen sommige mensen al meer dan een eeuw elke dag hun bed uit? Dat vraagt documentairemaakster Heddy Honigmann in 100UP aan zeven eigenzinnige honderdplussers. Haar film nodigt uit tot een gesprek over wat het leven de moeite waard maakt.
In hartje New York begint een oud mannetje met een looprek aan de oversteek van een brede, daverend drukke straat. Eerst tussen de geparkeerde auto’s door. Dan vlak langs de hoge neus van een monsterlijke truck. Even blikt hij omhoog om te monsteren of de hooggezeten chauffeur hem wel ziet. Dan dribbelt hij verder, vastberaden als een krabbetje over het strand. Auto’s zoeven links en rechts langs. Er wordt getoeterd. Tussen al dat industriële metaal en onverbiddelijke beton oogt de kromgebogen figuur als een reliek uit een lang vervlogen tijd.
Mensen die de tijd weerstaan, die al meer een eeuw op de been zijn: wat maakt hun leven de moeite waard? Waarvoor komen ze elke dag weer uit bed? Daarover gaat het in 100UP, de nieuwste documentaire van de Peruaans-Nederlandse Heddy Honigmann (1951), die in het najaar van 2021 zelf zeventig jaar wordt. De titel roept meteen associaties op met de beroemde televisieserie 7 Up van de Britse filmmaker Michael Apted (1941). Daarin zocht hij sinds 1963 elke zeven jaar veertien mensen uit zeer verschillende sociale achtergronden op, om te filmen wat er van hun leven en dromen terechtkwam. De laatste editie was 63 Up (2019). Apted overleed begin 2021, op 79-jarige leeftijd.
Bij de zeven honderdplussers van Honigmann gaat het minder over sociale achtergronden en meer over de grote thema’s van het leven, die altijd al haar werk bepalen: leven, liefde en dood. Maar ook abstracties als tijd, verlies en nieuwsgierigheid vormen belangrijke onderwerpen. Honigmann vangt de tijd in opvallend alledaagse taferelen als het oversteken van een straat, smeltwater dat zich van een bergflank stort of het verpotten van plantjes. Naast kletsende vrouwen in een zonnig parkje toont ze mussen die samen op een hekje hun veren uitschudden. Naast de historie van de levens die ze belicht, zet ze het spinnen van wol tot een draad. Behalve de schoonheid van het gewone, dat zonder opsmuk door cameraman Adri Schrover is gefilmd, valt op hoe Honigmann de symbolische waarde van die beelden benut, hoe die de rode draad vormen tussen de gesprekken die ze met haar protagonisten voert.
Honigmann vangt de tijd in opvallend alledaagse taferelen
Honigmann bezoekt haar honderdplussers in hun eigen habitat, volgt hen in hun dagelijkse routines en is bij een enkele verjaardag aanwezig. Ze praat met hen over hun leven en geeft ondertussen haar ogen de kost. Met haar open houding betrapt Honigmann het leven zoals het zich voor haar ogen ontrolt.
Zo ontmoeten we in 100UP vier vrouwen en drie mannen. Ze wonen in Nederland, Noorwegen, de Verenigde Staten en Peru. We maken kennis met de New Yorkse sekstherapeute Shirley Zussman, de Noorse boerin Laila Myrhaug, komiek Irwin Corey (de Professor), drumster Viola Smith, oud-olympiër Hans Maier, Holocaustoverlevende Mathilde Freund en de Peruaanse arts Raul Jerí. Honigmann zocht geen dwarsdoorsnee van honderdplussers wereldwijd, maar volgde haar interesse, die zoals altijd boeiende cinema oplevert.
Even leek het erop dat 100UP er niet zou komen, toen het financierende Nederlands Filmfonds het beoordeelde als een te riskant project. Niet vanwege het mogelijke overlijden van de honderdplussers, maar vanwege de vrije manier van werken van Honigmann: zonder vooraf bepaald resultaat. Laat dat nu net de kern zijn van haar ontdekkingstochten en van het leven zelf: ontmoetingen zonder voorspelbare uitkomsten.
100UP is een uitnodiging tot een gesprek, een verkenning die tot verschillende inzichten leidt, tot levenswijsheden die per persoon sterk kunnen verschillen. Honingmann laat met haar portretten zien: zo doen wij dat, leven. Elke dag weer. Het betekent in relatie staan tot je omgeving en met je verleden, zelfs als je enkel in het nu of bij de dag wilt leven. Of je nu een boerin bent aan een Noorse fjord die lammetjes op de wereld helpt zetten. Of een New Yorkse ex-drumster die naar een collega luistert. Of een sekstherapeute die waarneemt hoe mensen eenzaamheid het hoofd proberen te bieden.
Het is de liefde voor het leven zelf die de honderdplussers drijft
Net als filmen blijkt dat leven risico’s nemen is; dat er altijd verrassingen zijn. Het grootste gevaar in het leven van de honderdplussers blijkt vallen. Toch komen ze allemaal elke dag hun bed weer uit, de meesten gaan de deur ook nog uit, het leven in. Sommigen gaan naar het park of een terras om anderen te ontmoeten, de Peruaanse arts gaat nog altijd naar een ziekenhuis om patiënten te helpen, de in Wenen geboren Holocaustoverlevende woont filmcolleges bij in haar huidige woonplaats New York of is te vinden op haar standplaats op de rommelmarkt. Bij anderen komt het leven thuis, op bezoek. Een Hagenaar werkt met hulp van een assistent aan een manifest van universele plichten van de mens om beter voor de aarde te zorgen. Een doel hebben en contact met anderen zijn de belangrijkste zaken die hem op de been houden.
Komiek Irwin Corey krijgt – gezeten in zijn grote, comfortabele stoel – gezelschap van zijn zoon en maakt nog elke dag grappen. We zien hem tijdens een lang vervlogen televisieoptreden in zwart-wit sigaretten uitdelen aan zijn publiek: “Leef! Leef!”, roept hij de mensen toe. Leven is ook het recht jezelf te gronde te richten, onverantwoordelijk te doen, te genieten zonder calculatie. Wild en ongerijmd. Het leven is kortom een vat vol tegenstrijdigheden. Er bestaat geen recept voor. Net zomin als er een recept voor oud worden bestaat. Het ene levensdraadje is het andere niet.
Ook de schaduwzijde van het bereiken van een hoge leeftijd – verliezen lijden – komt aan bod. Met het verlies van je fysieke kunnen verlies je ook een beetje van jezelf, zegt Zussman. Corey vindt vooral het verlies van vrienden, alleen zijn, miserabel. Af en toe weeft Honigmann het verleden door het heden. De Weense zingt opera’s om haar geschiedenis in leven te houden en zich goed te voelen. Het enige wat Hitler haar niet af kon pakken, zegt ze, waren haar muzikale opleiding en haar herinneringen. En dus denkt ze aan haar vermoorde man, koestert ze de notities die hij maakte in de marges van de bladmuziek die hij ten gehore bracht. Ze geniet van de koude douche na het zwemmen, van de smaak van avocado’s. Een ander leest de biografie van Liz Taylor, doet observaties over actuele ontwikkelingen, maakt plannen, breit sokken, wil van nut zijn, maakt grappen. Dagelijkse handelingen waarin de waarde van het bestaan in al haar verschillende verschijningsvormen zich manifesteert; welk kronkelpaadje je ook bewandelt. Het is de liefde voor het leven zelf die de honderdplussers drijft.
De tragiek van dit verhaal: juist de grote thema’s – leven, liefde en dood – staan in het huidige tijdgewricht onder druk
Tegelijkertijd is de tragiek van dit Honigmann-verhaal dat al converserend nu juist blijkt dat de grote thema’s – leven, liefde en dood – in het huidige tijdgewricht onder druk staan. De Noorse boerin, die met haar voeten – in zelfgebreide Noorse sokken van de zelfgesponnen wol van haar schapen – dicht bij de aarde staat, ziet de insecten en vogels uit haar omgeving verdwijnen. Sekstherapeute Shirley Zussman ziet hoe de dood uit het leven wordt verbannen door de verheerlijking van eeuwige jeugd. En de liefde? Die raakt bekneld door narcisme, prestatiedruk en lange werkdagen. Het leven zelf wordt zo geweld aangedaan.
Tijd blijkt ook hier weer de doorslaggevende factor te zijn. Tijd om langzaamaan te doen, je eigen ritme te vinden, de spreekwoordelijke snelweg van het dagelijkse leven dribbelend over te steken. Zussman zegt het zo: “Door het leven dat we leiden hebben we geen tijd voor de behoefte om dicht bij iemand te komen, samen tijd door te brengen, beschikbaar te zijn.” Honigmann neemt die tijd wel en trakteert de kijker daarmee op een zeldzaam geworden plezier.
100UP ging op 21 november 2020 in première op International Documentary Film Festival Amsterdam (IDFA) en is naar verwachting vanaf 10 juni in de Nederlandse filmtheaters te zien.