Deel artikel

VL ⇄ NL

De roep om stilte klinkt steeds luider in de Lage Landen

13 januari 2025 10 min. leestijd

Mens en dier snakken in tijden van lawaai en hectiek naar rust en stilte. In Nederland waren de stiltegebieden eind vorige eeuw in opmars, maar staan ze nu steeds meer onder druk. Vlaanderen maakt een inhaalbeweging, aangezwengeld door betrokken burgers. “Mensen ervaren stilte als een oerkwaliteit, als ontastbaar erfgoed dat ze samen willen koesteren.”

“De wegen in Vlaanderen zijn eigenlijk straten, want er staan altijd en overal huizen en bedrijven langs, maar er wordt veel harder gereden dan in de bebouwde kom. Vroeger waren het soms nog bolle kasseiweggetjes met een zandspoor voor fietsers ernaast. Nu zijn het gebetonneerde racevlakten geworden …”

Dat schreef schrijver-journalist Geert van Istendael al in 1989 in zijn boek Het Belgisch Labyrint.  Hebben we eigenlijk nog zwijgende einders voorbij verkaveling en stadsrand? Die zijn er: ze heten aan weerzijden van de grens ‘stiltegebied’. Nederland heeft er tweehonderd (2022), ze zijn vaak groot en ze vallen er samen met natuurgebieden. Vlaanderen telt er elf sinds in 2024 het stiltegebied Rozebeke in de Vlaamse Ardennen erbij kwam én ze staan op zichzelf. Is er een verschil in beleving voor wie op zoek gaat naar wat verstilling?

Doordeweeks lawaai

Stiltegebieden bestaan in Nederland sinds 1988, één jaar voor Geert van Istendael mopperde over de teloorgegane stilte. “De provincies duiden ze aan”, zegt Erik Roelofsen, verbonden aan de Nederlandse Stichting Geluidshinder (NSG) die de vijfjaarlijkse wedstrijd Het Stilste Gebied van Nederland opzet. “Geluid mag er niet boven de 40 decibel uitkomen. Er werden tientallen stiltegebieden gecreëerd, vooral in natuurgebieden zoals de Veluwe en de Waddenzee.” Stiltegebieden krijgen sinds het einde van de coronaluwte weer meer aandacht, zegt Roelofsen. “De nood aan rust en stilte is acuut, vooral in de Randstad.”

Toch neemt door demografische druk en voorrang voor andere ruimtelijke ontwikkeling het aantal stiltegebieden in Nederland af. De provincie Flevoland raakte zelfs meer dan de helft kwijt. Erik Roelofsen knikt: “Ook de provincie Utrecht heeft er geschrapt en rondom Schiphol staan stiltegebieden zwaar onder druk. In Nederland kunnen ze zonder gevolgen afgewaardeerd worden.”

Een groot deel van de Veluwe is stiltegebied. Maar ook in dat praktisch volledig Europees beschermde Natura 2000-gebied staat stilte onder druk. Sommige stukken zijn enkel in het weekend stiltegebied. Ook betekent de geplande uitbreiding van de luchthaven in Lelystad een uitvliegroute over de Veluwe van 1800 meter. “Voorlopig houden actiegroepen dat tegen”, zegt Roelofsen. “Maar het nieuwe Nederlandse kabinet is helemaal pro Lelystad-luchthaven, bovendien in beeld bij Defensie als basis voor de lawaaierige F35-straaljager.” Het belooft weinig goeds voor de stilte op de Veluwe.

Ingevolge provinciale verordening is het verboden om stilte in stiltegebied te verstoren, staat er op de Nederlandse bordjes. Zo werkt het niet in Vlaanderen. Niet omdat het er zoveel stiller is, wel door een fundamenteel verschil in de wetgeving. Nederland hanteert een technisch-juridische benadering van stilte terwijl Vlaanderen ook belevingsgerichte criteria meerekent: hoe rustgevend ervaar ik dit gebied? Ook het maatschappelijke en educatieve belang van stilte speelt er sterker mee. In Vlaanderen worden stiltegebieden gedefinieerd als gebieden waar de geluidskwaliteit door de afwezigheid van storende geluiden als positief wordt ervaren – en een pikdorser aan het werk op een akker is er niet per se ‘storend’. Een subtiel verschil met de Nederlandse aanpak.

Stilte als kwaliteitslabel

‘Stiltegebied’ is in Vlaanderen een kwaliteitslabel met een sterrenquotering, dat wordt toegekend door het Vlaamse departement Omgeving. “De naam is dezelfde als in Nederland”, zegt Gilke Pée, beleidsmedewerker geluid bij het departement Omgeving van de Vlaamse overheid. “Maar daar stopt de vergelijking. De ondergrens ligt hier op 35 decibel, 44 is de bovengrens. Maar de kwaliteitsbeoordeling van een stiltebied gaat voorbij het geluidsniveau en is ook gebaseerd op de kwaliteit van de geluidsmix.” Er bestaat een complex meetprotocol voor. Gilke Pée: “Eén criterium is de tijdsduur – uitgedrukt in een percentage van een meting – waarin je een gebiedsvreemd geluid hoort zoals een vliegtuig. Samen met de quotering voor het geluidsniveau wordt dan vastgelegd of een stiltegebied één, twee of drie sterren krijgt.”

Gilke Pée (Departement Omgeving): ‘Er wordt veel gedaan rond klimaat, vergroening, biodiversiteit en natuur terughalen naar de stad, want dat bevordert gezondheid en welzijn. Met luwte-oases proberen we daar nog een extra dimensie aan toe te voegen’

In Vlaanderen is er geen procedure om een stiltegebied op te heffen. Gilke Pée: “We proberen wel om de vijf à tien jaar bij bezoekers van een gebied te peilen of er iets veranderde. Werd er een weg aangelegd? Zorgt een bedrijf voor geluidsoverlast? Hoe ervaar je dat? Het gaat altijd over gebieden van minstens enkele vierkante kilometer, dus het totaalbeeld is vrij robuust. Ze liggen vaak aan de randen van de provincies in natuur- of landbouwgebieden. Aan geluid van ver weg ontsnappen we nergens. Het stiltegebied is voor ons vooral een sensibiliserend instrument om waar de geluidskwaliteit relatief goed is gemeenten er zelf mee aan de slag te laten gaan, educatief of als toeristische troef.”

Het kwaliteitslabel heeft geen invloed op het vergunningenbeleid. “Nog een verschil met Nederland”, zegt Gilke Pée. “In Vlaanderen staan geluidsnormen niet in de wetgeving. Wel geldt de EU-richtlijn omgevingslawaai als leidraad. In die richtlijn zit ook een luik over quiet areas op basis van de European Quietness Index (EQI), een concept ontwikkeld door het Europees Milieuagentschap (EEA) om stille gebieden in Europa in kaart te brengen en te beoordelen. Het doel van de EQI is om de waarde van stilte als een milieu- en gezondheidsfactor te erkennen en beleidsmakers te ondersteunen bij het behoud en bevorderen van stille gebieden.” En dan zijn er nog de luwte-oases: prikkelluwe plekjes in de woon- en werkomgeving zoals een plantsoen. Gilke Pée: “Er wordt veel gedaan rond klimaat, vergroening, biodiversiteit en natuur terughalen naar de stad, want dat bevordert gezondheid en welzijn. Met luwte-oases proberen we daar nog een extra dimensie aan toe te voegen.”

Hoofdstad van de stilte

Stilte, echt? Even de proef op de som nemen. Eind november in het dorpje Waarbeke, pal op de provinciegrens tussen Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant. Boven de horizon hangen donkere wolken, maar een weldoend middagzonnetje doet muts en handschoenen in de rugzak belanden. Het veldweggetje dat ik insla, voert naar het Vlaams-Brabantse Galmaarden waar de kronkelende Mark in haar natuurlijke bedding voortkabbelt naar de bredere Dender. Achter me ligt het Waerbekehuis waar ik zopas ontvangen werd door Dirk Sturtewagen, gangmaker van het allereerste Vlaamse stiltegebied. Het Waerbekehuis is het bezoekerscentrum van het stiltegebied Dender-Mark, hét voorbeeldstiltegebied in Vlaanderen en ook de eerste internationaal erkende Vlaamse quiet area. Waarbeke als hoofdstad van stilte, rust en ruimte?

“Dender-Mark werd in 2001 erkend als eerste Vlaamse stiltegebied. We wilden niet vanuit regelgeving en dus beperkingen vertrekken”, zegt Sturtewagen, een gedreven vertellende zestiger. “We vonden het veel stimulerender om cultureel en sensibiliserend te werk te gaan. We wilden niet dat dit verhaal verdacht kon worden van een verborgen agenda waarbij er geen tractoren zouden mogen uitrijden of eigendommen ingeperkt worden. Daardoor konden we hier dieper en duurzamer ingaan op de waarde van natuurlijke stilte in een historisch waardevol landschap.”

In Waarbeke komen twee regionale landschappen samen: Vlaamse Ardennen en Pajottenland. Werken vanuit zo’n grensgebied is cultureel interessant”, zegt Sturtewagen. “Omdat het je leert omgaan met verschillende dynamieken en je ook je boodschap in alle windrichtingen kan verspreiden. Dit is het knooppunt van de middeleeuwse graafschappen Vlaanderen en Henegouwen en het hertogdom Brabant. In dit soort grensgebieden bleven grote open ruimten doorgaans beter bewaard. Zo is dit gebied doorheen de vaak vernielzuchtige moderniteit geloodst als een parel die vandaag onze aandacht en zorg verdient.”

In 2011 werd Waerbeke vzw officieel als sociaal-culturele organisatie erkend. Met haalbare interventies stilte als bron van leefkwaliteit helpen aanboren in zoveel mogelijk contexten voor zoveel mogelijk mensen, klinkt de missie. Een nieuw beleidsplan gaat in vanaf 1 januari 2026. Waar zullen de nieuwe accenten liggen? “We gaan het explicieter hebben over de relatie tussen stiltebeleving en de ongebreidelde groei die aan de basis ligt van lawaai, drukte en hectiek”, legt Dirk Sturtewagen uit.

Van stiltegebieden en luwte-oases wil Waerbeke contactzones maken waar mensen zich bewuster worden van hun voetafdruk. “Het gaat over goed voorouderschap stimuleren, de eigen verantwoordelijkheid voor het behoud en de ontwikkeling van een kwalitatieve leefomgeving bewust opnemen”, vervolgt hij. “Goed voorouderschap betekent ook zo min mogelijk afwentelen op toekomstige generaties. Daar willen we aan meewerken door mogelijkheden tot verstilling, vertraging en reflectie aan te bieden. Dat in de nieuwe Vlaamse regering eenzelfde minister bevoegd is voor cultuur én welzijn is een meevaller. Met Waerbeke leggen we dat verband al twintig jaar.”

Dirk Sturtewagen (Waerbeke): ‘Goed voorouderschap betekent ook zo min mogelijk afwentelen op toekomstige generaties. Daar willen we aan meewerken door mogelijkheden tot verstilling, vertraging en reflectie aan te bieden’

Een meer hoopvolle boodschap dan klinkt uit de onder druk staande stiltegebieden in Nederland? Ik wandel dieper het Dender-Markgebied in. Richting Pajottenland en Vollezele domineert de Congoberg het uitzicht: een honderd meter hoge, deels beboste heuvel met enkele landbouwbedrijven tegen de flanken aan genesteld. In het westen ligt het Raspaillebos van waaruit in de achttiende eeuw roverhoofdman Jan De Lichte en zijn bende de streek terroriseerden. Het bos maakt deel uit van het Europese Natura 2000-netwerk. Ook de vallei van de Mark is grotendeels Natura 2000, maar het hart van het eigenlijke stiltegebied Dender-Mark valt er buiten.

Af en toe kruis ik een auto of een mountainbiker. Het is een doordeweekse najaarsdag: veel wandelaars zijn er niet te zien. Maar hoe stil is het hier nu eigenlijk? Ik verleg mijn aandacht van het mooie glooiende landschap met zijn knotwilgen, weiden en plukjes loofbos naar de achtergrondgeluiden. Een decibelmeter heb ik niet bij, maar dat is ook niet de bedoeling. Stilte hoeft niet absoluut te zijn om rust te brengen, zegt de Vlaamse overheid. En wie al eens absolute stilte ervoer, vindt dat niet zelden een desoriënterende ervaring. Ik begin geluiden te turven:

  • I Zachte muziek (radio bouwvakkers bij een werf)
  • I Stem van veraf
  • I Haan
  • I Generator
  • I Blaffende hond
  • I Vuilniswagen
  • II Tractor
  • II Flarden autoweg
  • II Beekje
  • III Kraaien (luid)
  • III Fietsbanden op asfalt
  • IIIII Tjilpende ringmussen
  • IIIIIII Vliegtuig (hoog overvliegend)

Tjilpende ringmussen en vliegtuigen: tijdens mijn anderhalf uur durende wandeling hoor ik die het vaakst. Contradictorisch (geluidsoverlast en natuureigen geluid), maar net dat lijkt typisch voor Vlaamse stiltegebieden. Natuurvreemde en -eigen geluiden zoals een tractor, vogels en een blaffende hond. Flarden van een autoweg en een kabbelend beekje. Storend vind ik het allemaal niet, op de vliegtuigen na. De prijs voor het stilste gebied van Nederland zou Dender-Mark vast niet winnen, want dit gebiedje kun je niet vergelijken met uitgestrekte leegten in Groningen of Drenthe als het Dwingelderveld.

Maar ook in Nederland hoor je nergens géén verkeer of vliegtuigen op de achtergrond. “Echte stilte vind je nauwelijks. Maar wordt een gebied beschermd tegen lawaai, dan ervaar je er zeker meer stilte”, zegt stilteambassadeur Petra Speelman vanuit haar woning in Duivendrecht bij Amsterdam (“helaas onder een aanvliegroute”). Speelman is bestuurslid van de NSG en al jaren betrokken bij de Dag van de Stilte in Nederland die net als in Vlaanderen elke laatste zondag van oktober plaatsvindt.

Beter luisteren

Stilte heeft een grote impact op je fysieke en innerlijke welzijn, benadrukt Speelman. “Op je empathisch vermogen, op diepe ontspanning, emotionele verwerking. Je gaat beter naar jezelf en naar elkaar luisteren. Niet dat het in stiltegebieden altijd helemaal stil hoeft te zijn, want je kan ook innerlijke rust ervaren zonder dat het ergens akoestisch heel stil is. Maar akoestische stilte en rust helpen. Stilte is ook belangrijk voor flora en fauna. Dieren kunnen veel last hebben van achtergrondgeluiden. Ze communiceren minder goed met soortgenoten of worden angstig omdat ze vijanden niet horen aankomen. Zelfs planten worden beïnvloed door geluidsoverlast.”

Op stiltebeleidsvlak gebeurt ook in Nederland veel goeds, maar het kan een stuk beter. Dat in bijvoorbeeld in Vlaanderen één overheid bevoegd is en niet de provincies, zorgt er voor consistente besluitvorming, vindt Petra Speelman. “Er werd ooit een uitvoerig Interprovinciaal Overlegrapport aan stilte gewijd, maar dat belandde grotendeels in de lade”, schetst ze. “Enkele provincies deden er iets meer mee. Groningen hield een evaluatie van het eigen stiltebeleid. Overijssel schrapte dan wel weer het enige stiltegebied. Vaak verdwijnen stiltegebieden omdat gemeenten zoveel uiteenlopende belangen moeten behartigen en ze daarbij andere keuzes maken.”

Petra Speelman (Nederlandse Stichting Geluidshinder): ‘Draagvlak ontstaat van onderuit, veel minder wanneer stiltegebieden door de overheid worden afgebakend’

Ook de Randstedelijke Rekenkamer voerde een onderzoek uit. Zuid-Holland zette op basis van de resultaten een stiltegebiedencampagne op touw. Zeker Noord-Holland bewees dat het anders kan, vertelt Petra Speelman. “Daar zouden enkele stiltegebieden geschrapt worden. Een toenmalig provinciaal gedeputeerde organiseerde stiltetafels in de drie gebieden waar het om ging: bewoners en lokale bestuurders onderzochten samen waarom het er niet meer ‘stil’ was – en hoe daar iets aan gedaan kon worden. Het bracht veel teweeg: de drie stiltegebieden bleven bewaard. Veel hangt af van zo’n provinciaal gedeputeerde, want in de nieuwe omgevingsvisiewet – vooral een vereenvoudiging voor beleidsmakers – staat helaas niets over stiltegebiedenbeleid.”

Ministerie van de luwte

Lokale initiatieven maken een groot verschil. Op de Veluwe zet Stichting Behoud Veluwsch Landschap zich intensief in voor meer stiltebeleid, maar ook in de steden zie je stilte-initiatieven ontstaan. “Bewustwording helpt zeker, knikt Speelman. “Bij een bordje ‘stiltegebied’ denken mensen dat ze er niets meer mogen, hoewel het alleen over een verbod voor harde of storende geluiden gaat. Verdwijnt de stiltestatus van zo’n gebied, dan hoeven bezoekers zich daar niet meer aan te houden en kunnen bedrijven zich er vestigen. Ook al is er geen handhaving – bel je naar het meldnummer op zo’n bord, dan leidt dat nergens toe – het statuut heeft wel impact op het vergunningenbeleid.”

Eigenaars van een plek of een gebied die zich er zélf voor willen inzetten, spelen een sleutelrol. Speelman: “De Vlaamse aanpak inspireert: op basis van het idee rond luwte-oases werd in Nederland door een groepje mensen een ministerie van de luwte opgericht. Dankzij Waerbeke ontstond het eerste Vlaamse stiltegebied vanuit een samenwerking van mensen die in een stil gebied woonden. Die mensen werden zich er van bewust dat ze iets waardevols in handen hebben: stilte als oerkwaliteit, als ontastbaar erfgoed dat ze samen willen koesteren. Draagvlak ontstaat van onderuit, veel minder wanneer stiltegebieden door de overheid worden afgebakend.”

Bij de meeste beleidsmensen en ambtenaren leeft het belang van stilte en stille plekken nog te weinig, zegt Speelman nog. “Maar laat je hen zelf stilte ervaren, dan groeit de kans dat ze zich ervoor willen inzetten. Het Noord-Hollandse voorbeeld is mooi. Limburg ging nog verder: in 2022 was daar een stiltegebiedencampagne met filmpjes waarin mensen vertellen waarom ze stilte zo belangrijk vinden. De toeristische dienst ging er mee aan de slag en stilte werd een keurmerk voor de streek. Allemaal lichtpuntjes in een beleidslandschap waar het verder te stil blijft rond dit onderwerp.”

Wieland De Hoon

tekstschrijver, copywriter, redacteur

Geef een reactie

Lees ook

		WP_Hook Object
(
    [callbacks] => Array
        (
            [10] => Array
                (
                    [0000000000002ba60000000000000000ywgc_custom_cart_product_image] => Array
                        (
                            [function] => Array
                                (
                                    [0] => YITH_YWGC_Cart_Checkout_Premium Object
                                        (
                                        )

                                    [1] => ywgc_custom_cart_product_image
                                )

                            [accepted_args] => 2
                        )

                    [spq_custom_data_cart_thumbnail] => Array
                        (
                            [function] => spq_custom_data_cart_thumbnail
                            [accepted_args] => 4
                        )

                )

        )

    [priorities:protected] => Array
        (
            [0] => 10
        )

    [iterations:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [current_priority:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [nesting_level:WP_Hook:private] => 0
    [doing_action:WP_Hook:private] => 
)