Het werk van Laure Prouvost is een grillige en onvoorspelbare ontdekkingstocht.
[Franse versie staat hier]
Een kunstenares die haar tentoonstelling aanvangt met de zin “ideally you would leave everything behind” wekt niet meteen de indruk te bezwijken onder heimwee naar haar geboortestreek. De uit Croix afkomstige Laure Prouvost studeerde in Londen en tilde daar gestaag haar kunstvisie op tot een internationaal niveau. In 2013 ontving ze als eerste Franse laureaat ooit de prestigieuze Turner Prize voor levende kunst. In België was haar werk te zien in kunsthal Extra City te Antwerpen (2014) in samenhang met een residentie bij Air Antwerpen. Overzichtstentoonstellingen in Le Consortium in Dijon, het Museum voor Moderne Kunst in Frankfurt en het Kunstmuseum Luzern bieden een inkijk in haar vernieuwende werk. Wie ontsnappingsroutes evoceert, denkt aan een reisweg – hoe grillig en onvoorspelbaar die ook mag zijn. De notie van een traject heeft evenzeer betrekking op een mentale zoektocht. Als orientatiebaken volgen we de ruimtelijke indeling in Frankfurt, hoewel vooraf uitgestippelde paden en eenduidige handleidingen bij Laure Prouvost ontbreken.
© Laure Prouvost
Reizen naar onbestaande plaatsen
De bezoeker komt meteen in een fictief reisbureau terecht, waar hij wordt uitgenodigd voor een sprong in het onbekende. Op een eerste niveau gaat het er gewoon om te ontsnappen aan de doordeweekse sleur. Het idee van weg te zijn en alles los te laten primeert. Reisfolders prijzen exotische landen aan, als ze maar tot de verbeelding spreken. “You will feel consumed and free.” In de installatie zetten oneliners ons aan tot grensverleggende ervaringen. Klokken verwijzen naar andere tijdzones, onderwatercamera’s naar andere ruimtes, Halal reizen naar andere culturen. Vliegtuigmaquettes, globes en achteruitkijkspiegels prikkelen de zucht naar onbekende oorden. Het logo “Deep Travels” geeft een eerste hint dat de reisplannen voorbij de zichtbare horizon reiken. “Go to Places that don’t exist.”
© Laure Prouvost, foto: Axel Schneider
De tentoonstelling zit vol flitsen, klanken en geuren die de ontdekkingstocht een tikkeltje fysiek maken. Aan de ingang van de museumhal moeten we een hoge drempeltrap over. Rond de videoschermen ligt een waaier van reisrelicten uitgestald. Licht – en schaduwpartijen strijden om de overhand. Op de cementvloer is kunsthars uitgegoten. Videoprojecties sturen de kijker om de beurt van het ene scherm naar het andere. Niemand zegt wat hem te doen staat, laat staan hoe hij het werk dient te interpreteren. Een fragment functioneert autonoom en refereert tegelijk aan de totale installatie. De tentoonstelling in de drie steden varieert in opstelling en deels in werk. Fragmenten worden hergebruikt en kunnen van betekenis veranderen.
De video It, Heat, Hit schreeuwt om aandacht. Slagzinnen appelleren aan de individuele bezoeker. Het hangt van onze beslissing af of het werk zeven minuten en twintig seconden onze aandacht weet vast te houden. De flitsende tekst leidt een eigen leven en eist zes minuten aandacht tot deel twee begint, anders moeten we na die tijd maar weggaan. “four minutes left”; “one minute left”.
© Laure Prouvost
Tussendoor activeren aandachtstrekkers onze zintuigen: een kikker, een sprong in het water, acupunctuur, boren in het wegdek, het verfrommelen van zilverpapier. We worden meegetrokken in aanzetten tot verhalen die zich continu verplaatsen. Het ritme wijzigt, de tekst wordt soms letterlijk. “The film had no turn here” gaat gepaard met een draaiende camerabeweging van een draaiende auto. “Can you leave this?” zijn de laatste woorden bij een blind scherm.
Een andere film, Lick In The Past, maakt ons deelgenoot van picknickende jongeren die met volle teugen van hun vrijheid genieten. Het is een wereld van snelle motoren, auto’s en rockmuziek. “We can take you to photo places where you never have been.” Maar zo stereotiep is de film helemaal niet, want weldra komen we terecht in een lawine van beelden, klanken en stilte die elke poging tot het ontwarren van een klassiek verhaal overhoop halen. Wie rijgt het allemaal aan elkaar: vissen, de Rocky Mountains, architectuur, rook, een overstroomde weg?
De zinspeling op liquide elementen is alomtegenwoordig: het breken van eieren, ijs, tepels van koeien, onderwaterbeelden. We zweven tussen sensualiteit, ongeremde vrijheid en een imaginaire dimensie. Het verhaal wordt voortgezet op de grond voor het scherm, waar we een allegaartje aantreffen van eierschalen, mobilofoons en kampeeraccessoires.
© Laure Prouvost / Fahrenheit
Een mythische tunnel
Laure Prouvost weet de kijker mee te trekken in een sfeer van persoonlijke aanspreking en verleidelijke beelden. Familieverhalen maken ons vertrouwd met haar idiosyncratische grootvader, een conceptuele kunstenaar die contact onderhield met de avant-gardisten van zijn tijd. In de video Wantee tilt de grootmoeder de herinneringen op tot mythische proporties. “Grand Dad” zag zijn tunnelproject naar Afrika als zijn levenswerk. Elke morgen kroop hij in de tunnel om er ’s avonds weer uit te komen: “I saw a shiny thing like this but it was not moving.” Een oogje doemt op. Wie blijft graven in de aarde, of in zichzelf, wordt vroeg of laat geconfronteerd met het onuitspreekbare. Op een dag verdween de grootvader voor altijd in de tunnel. Generaties later houden alleen de hardnekkige verhalen van de grootmoeder de mythe overeind, aangedikt met hulpkreten, wormen en vooral hopen aarde. Te midden van een afgeleefd interieur koestert ze de relicten van de kunstenaar. De bedaagde vrouw regisseert zelf de herinnering.
Het is tevens een verhaal van mislukkingen, doordesemd met een scheut nostalgie naar het fictieve verleden. Grootvader vervaardigde landschappen, portretten en minimale metaalsculpturen op een ogenblik dat de belangstelling voor die genres wegkwijnde. Maar wat de jonge vertelster uiteindelijk het meest bijbleef van die bezoeken is de kunst om gelukkig te zijn. Grootmoeder kon perfect thee serveren en daarbij een intieme band scheppen met haar gasten. Daarvoor maakte ze dankbaar gebruik van de collectie theepotten uit het keramische atelier van haar echtgenoot. Haar stokpaardje is de inrichting van de woning als een aantrekkelijk museum. De vloer rond het videoscherm biedt ons daarvan een voorproefje: potscherven, theelepels, afgesleten stoelpoten, een schilderij van een landschap en heel veel aarde.
© Laure Prouvost
Een woud van levensechte planten omringt de videoprojectie Into All That Is Here. Ook in deze film neemt Laure Prouvost de draad op van de mythische tunnel. Eerst was er de niet aflatende graafactiviteit van de grootvader tot er lichtjes opdoken onder de aarde, gevolgd door het vele winters lang vergeefs wachten op zijn terugkomst. “Keep digging, keep digging.” “Don’t look back, always move forward” slaat zowel op het graafwerk als op het loslaten van het wachten.
Erotische connotatie
Geleidelijk metamorfoseert de omhullende tunnel in een vegetatieve wereld met een sterke erotische connotatie. Achtereenvolgens dwarrelen lippen, leeuwenbekken, zoenende insecten en zweetdruppels over het scherm. Een liefdeszang en een kinderlach weerklinken. We worden naar een climax gevoerd van extase, liquide elementen en videoclips. “I need you to push forward.” “I will pamper you.” We vergeten onszelf, gaan op in het andere, branden op “consumed and free”. Het erotische en het plantaardige element gaan hand in hand. Ze zitten in elkaar verstrengeld, maar elk referentiekader behoudt tegelijk zijn eigenheid. Bij het summum van de bevruchting stijgen vogelzwermen omhoog. Alle vorige elementen – zoektocht, natuur en erotiek – monden uit in een mystieke ervaring. “All the powers and honors of the world flanking in front of you.”
Wat valt er te ontdekken voor wie alles achterlaat?
De details in beeld en teksten bevatten hints naar andere betekenissen. Het uitgebeelde proces suggereert als het ware dat alles een geheel vormt en overal ergens aanwezig is. Dat graven is in betekenis veelgelaagd. Archeologie houdt meer in dan het opgraven van materiële sporen. Het is een zoektocht naar de oorsprong en bestemming van alles, met inbegrip van kennis van onszelf en het universum. De kijker kan gewoon genieten van het oppervlakkige escapisme, de associaties, de sensuele waterval van beelden en klanken. Naarmate hij/zij de volledige installatie ervaart, des te meer valt het op hoe ze deuren opent in een zoektocht door de chaotische wereld. Wat valt er te ontdekken voor wie alles achterlaat?
Dromen en mythen
De film How to Make Money Religiously is voor meerdere interpretaties vatbaar. Aanvankelijk vermoeden we naar een vademecum te kijken voor ambitieuze zakenmensen. Daarbij wordt de kijker overstelpt met beloften van onmetelijke rijkdom. Elk detail draagt betekenis: “You have to remember any details”; “just hold on the images”; “multiple viewings are recommended.” In plaats van financiele technieken aan te leren, lijken we beland in een thriller waar een protagonist buiten beeld zich in de gevarenzone begeeft. Er verschijnen papieren maskers, een blind-datesite, bloed, een kerkhof. De kandidaat ontmoet belangrijke personen die hem verhoren en zijn paspoort afnemen.
Dat hele gedoe heeft veel weg van een of ander geheim genootschap of criminele groepering. Achteraf haalt de aspirant hopen geld uit de automaat, oogst publiekssucces en draait zelfs de tijd terug in zijn eigen voordeel. Toch laat de hele initiatie een wrange smaak na, de geldautomaat werkt verslavend en het succes oogt egocentrisch. De term religieus uit de titel bevat geen morele dimensie, hij duidt eerder op een valse belofte of magie. Grof geld verdienen als enige doelstelling is niet meteen een kunstzinnig thema en de ironie is nooit ver weg. Uit het voorafgaande volgt dat de kijker uiteindelijk alle indrukken zelf moet interpreteren met zijn kritische geest en intuïtief vermogen.
© Laure Prouvost
Veel elementen langs het parcours verwijzen naar dromen en mythen. Waar trekken we de grens tussen een denkoefening en harde werkelijkheid? Er zijn wellicht evenveel fantasieën als mensen, terwijl elke versie van de tentoonstelling bij dezelfde kijker andere ervaringen losweekt. De presentatie in Dijon lijkt een labyrint vol duistere gangen en kamers dat plots in twee helften uiteenvalt doordat de bezoeker de zonnige binnenplaats moet oversteken. Het accent ligt hier op de directe ervaring van klank, licht, intieme ruimtes, zonderlinge objecten. De overvloed aan associaties oefent een fysieke impact uit op de bezoeker, die uit zijn kijkgewoontes wordt losgeweekt. Anderzijds functioneert het traject in Dijon vrij autonoom tegenover het gebouw. De versie in Frankfurt daarentegen vormt een samengebalde installatie die een sterke dialoog aangaat met de concrete architectuur.
De bezoeker bezit van meet af aan meer initiatief en overzicht. Daardoor ontstaat er ruimte voor fysieke afstand en voor analyse, het werk overvalt ons iets minder waardoor we in staat zijn een persoonlijk standpunt in te nemen tegenover het gepresenteerde werk. In plaats van het labyrint te ondergaan, kan de kijker nu de dromen en mythen zelf interpreteren.
Als kind van haar tijd maakt de kunstenares gebruik van de slagzinnen en videoclips van sociale media en het internet. Dergelijke communicatie verloopt vluchtig maar dat sluit de aanwezigheid van meerdere betekenislagen niet uit. Uit de vele beknopte boodschappen spreekt een constante visie. Binnen het kader van een tentoonstelling worden kijkers aangezet tot verhoogde aandacht en betrokkenheid. Video-installaties vergen vanuit hun concept veel tijd van de bezoeker. Een enkele tentoonstelling vormt maar een etappe binnen een creatief proces. Elke stap zit verknoopt in de vorige en volgende stappen. In ijltempo passeren ontelbare beelden ons netvlies, terwijl alles er schijnbaar luchtig aan toe gaat.
Toch openen al die efemere indrukken een pad naar diepgravende kennis van onszelf en de wereld. Complexiteit en vluchtigheid zijn beide basiskenmerken van het hedendaagse leven.