‘De man van het licht’ van Katrien Scheir: gevangen in een geraffineerde valstrik
Waarom kiest een jonge vrouw ervoor om trouw te blijven aan een oude man die haar op zijn zachtst gezegd niet netjes behandelt? In haar debuutroman De man van het licht toont Katrien Scheir ons de vaak erg moeilijke positie van vrouwen in een #MeToo-verhaal.
De man van het licht
vertelt het verhaal van de jonge, ambitieuze schrijfster Jelena, die door haar achtergrond als instellingskind nooit echt de kans heeft gekregen om haar talenten ten volle te laten ontbolsteren. Integendeel, zwervend van instelling naar pleeggezin moet ze allerlei barrières slechten. En als het haar dan toch lukt om aan de universiteit letteren te studeren, krijgt ze na een jaar te horen dat dat helemaal niet mag met de uitkering waarvan ze “geniet”. Solliciteren moet ze! Werk vinden!
Haar (on)geluk lijkt te keren nadat ze overal in de stad bij diverse culturele instellingen een soort open sollicitatiebrief in de bus heeft gedropt. Ze krijgt één reactie, maar wel van de man die bekendstaat als de Professor, de leider van het Nationaal Theater, de man die aanzien geniet als het culturele geweten van de natie.
Jelena en een oude professor, als dat een belletje doet rinkelen, dan denkt u niet helemaal onterecht aan Oom Wanja, het toneelstuk van Anton Tsjechov. Het was tijdens een voorstelling van dat stuk dat Scheir, die ruime ervaring heeft als dramaturg en een tijd verbonden was aan De Zwarte Komedie in Antwerpen, het idee kreeg voor haar debuutroman.
De Professor ziet het talent van Jelena, en belooft haar te helpen met de lancering van haar carrière. Dat brengt haar van het trieste afwashok van restaurant Bon Ton naar een van de tafeltjes in het exclusieve restaurant zelf, waar ze net als de rest van de culturele elite van de hoofdstad geniet van de exquise spijzen, waarvan ze een paar weken eerder alleen maar de restjes wegspoelde in de afwasbak. Ze is eindelijk succesvol.
Om zich nog beter te kunnen concentreren op haar schrijfwerk, mag ze van de Professor haar intrek nemen in de privékamers van het Nationaal Theater. Maar al snel blijkt dat er een donkere schaduw hangt boven dit genereuze aanbod van haar ontdekker en beschermheer. De Professor, die last heeft van een hartkwaal, heeft haar liefde nodig, haar bewondering en (fysieke) aandacht, als een kleuter smeekt hij haar om bij hem in bed te komen.
Hier wordt treffend geïllustreerd waarom het voor een slachtoffer vaak zo moeilijk is om aan een misbruiksituatie te ontsnappen
Jelena voelt het aan alsof ze niet anders kan dan ingaan op zijn dwingende, smekende vragen. Ze wil immers niet ondankbaar zijn. Ze weet hoe het voelt om verlaten te worden, hoe verwoestend het kan zijn in de steek te worden gelaten op het moment dat je liefde nodig hebt. De Professor, sluw in daden en handig met woorden, weet perfect hoe hij haar moet manipuleren, en Jelena heeft veel te laat door dat ze wordt gemanipuleerd, ze voelt zich medeplichtig aan iets wat ze niet wist. Tegelijk weet ze dat ze iets heeft, iets is wat de Professor begeert. Ze is niet hopeloos naïef, maar de valstrik waarin ze is gelokt was te geraffineerd.
Erg scherp, en in mooie, pakkende scènes, toont Scheir ons de achterkant van een #MeToo-verhaal. Hier wordt treffend geïllustreerd waarom het voor een slachtoffer vaak zo moeilijk is om aan een misbruiksituatie te ontsnappen, hoe dwingend een mengeling van psychische en fysieke druk kan zijn. Jelena heeft haast geen keuze. Het is kiezen tussen liefdevol “zorgen” voor een oude, weliswaar manipulatieve man die haar wel de nodige kansen schenkt, of terugkeren naar het dampende afwashok van het restaurant en de ziekmakende mansardekamer die ze zich ternauwernood kan permitteren. Wat voor leven heb je, als dat de keuzes zijn die op je pad liggen? Wat kun je doen, als jouw weldoener dreigt tientallen anderen mee te sleuren in de afgrond als je niet toegeeft aan zijn grillen? Wie kun je in vertrouwen nemen, als je zelf een discutabele achtergrond hebt als instellingskind en een gerespecteerd lid van de culturele elite wil aanpakken? Als zelfs je oude vriendinnen menen dat jij degene bent die handig gebruikt maakt van die arme Professor.
Scheir, die naar eigen zeggen lang twijfelde tussen woord en beeld, toont zich in haar debuut een echte woordkunstenaar. Ze verzint mooie, veelzeggende neologismen, zoals “zonnebrilpooier”, ”zilveruitjesgezicht”, “snoeppotogen” of “rouwjarretels”. De hele sfeer van het boek heeft iets beklemmends, als een macaber sprookje, met hier en daar een glimp van hoop. Soms is die hoop terecht, maar vaker onterecht. Zo loopt het leven als je niet de juiste vaardigheden hebt meegekregen om vlot mee te laveren met de succesverhalen van zij die wel in het juiste mandje zijn geboren. Want wat maakt het uit of je schreeuwt of fluistert, als niemand die ertoe doet je hoort? Als haast niemand je ziet zoals je bent?
Op de achtergrond is er één iemand die Jelena wel ziet zoals zoals ze is, die ziet hoe ze verscheurd raakt, twijfelt, spartelt. En als ze weer is opgekrabbeld, slaagt hij er misschien in om haar leven een beetje bij te lichten.