Deel artikel

kunst

De Lage Landenlijst volgens Kommil Foo: ‘Bij Wannes Van de Velde stond elke noot en elk woord op zijn plaats’

30 augustus 2024 4 min. leestijd

Op zaterdag 7 september zendt Radio 1 de 100 beste Nederlandstalige songs uit, gekozen door de luisteraars. Kommil Foo staat al jaren in de hoogste regionen van de Lage Landenlijst met ‘Ruimtevaarder’, maar wat zouden de broers Raf en Mich Walschaerts zélf in de top tien stemmen? In hun persoonlijke keuze staan Nederlandse acts die in Vlaanderen schier onbekend zijn en vice versa. “Er staat helaas een muur tussen Vlaanderen en Nederland”, vindt Raf. “Wij hadden het geluk dat we via onze cabaretvoorstellingen over de grens een publiek vonden.”

10 - Think of One: ‘Paletó’ (2004)

Mich:
“Dat liedje pakt mij altijd omdat het zo ontwapenend is. Zanger David Bovée vertelt hoe hij een vrouw versiert, een kind met haar maakt en dan met dat kind opgescheept zit als zij er met een ander vandoor is gegaan. De frisheid van het refrein is jaloersmakend: ‘Een kostuum, dat is altijd goe / Geef na toe, ge sta mee in de rij’.”

Raf:
“Het is, net als bij Wannes Van de Velde, wereldmuziek in de eigen taal.”

9 - Bram Vermeulen: ‘Verlangen’ (1988)

Raf:
“Bram en ik waren buren toen ik in Mariakerke woonde. Daardoor ontwikkelden we een hechte band. Hij was een wandelende bom. Zéér aanwezig. In ‘Verlangen’ draait hij een cliché om: overal waar je komt, laat je een stukje van jezelf achter, zodat er steeds minder van jezelf overblijft. De compositie is volledig in harmonie met de tekst. Bram wilde dat tekst en melodie altijd samen ontstonden. Zelf lukt ons dat eerder zelden, ‘Ruimtevaarder’ was een uitzondering.”

8 - Eefje de Visser: ‘Scheef’ (2016)

Mich:
“Samen met Pieterjan Coppejans, zowel privé als muzikaal haar partner, heeft Eefje een heel gedurfde, minimalistische vorm gevonden. Intussen wagen veel artiesten zich in dat genre, maar Eefje de Visser steekt er met kop en schouders bovenuit.”

Raf:
“In ‘Scheef’ lijken haar zanglijn en frasering bijna een uitgeschreven jazzsolo. Het gaat haar niet zozeer om de inhoud, maar om de muzikaliteit van de woorden. Dat getuigt van een verfrissende vrijheid.”

7 - Krang: ‘Kraaien’ (2001)

Mich:
“Krang is de muziekband van André Manuel, met wie wij in Nederland in hetzelfde cabaretcircuit zitten. Ik denk dat hij twintig uur per dag schrijft. Altijd heel scherp en geëngageerd, soms choquerend. André steekt met ‘Kraaien’ zijn middelvinger op. Hij pent heel expliciet zijn eigen begrafenis neer. Hij zingt dat, als hij dood is, er een joint mag rondgaan, iedereen het op een zuipen moet zetten, zijn lichaam in een bootje mag gestoken worden en dat ze het in de fik moeten steken.”

6 - Raymond van het Groenewoud: ‘Aan de meet’ (2011)

Mich:
“Raymond moest uiteraard in onze top tien. Maar je hebt wel verschillende Raymonds: de heftige, de ietwat platvloerse, de cynische, de poëtische … Van die laatste ben ik het meest fan. ‘Aan de meet’ is eigenlijk een prachtig gedicht, dat Raymond heel klein en intiem brengt. Hij reflecteert over zijn eigen einde en hoe hij daar niet tegenop ziet. Dat ‘Aan de meet’ zo open en sereen is, wars van enig cynisme, vind ik prachtig. Grote klasse.”

5 - Jaap Fischer: ‘Sprookje’ (1963)

Raf:
“Kleinkunst pur sang. Het stond op een van de cassettes die veel gespeeld werden in onze Ford Taunus. Ook al kennen we het al zo’n vijftig jaar, het lijkt geen sikkepit verouderd. Fischer vertelt een verhaal met een geweldige clou. Zonder de pretentie te hebben diepgaand te willen zijn, gaat het liedje toch heel diep. Het zegt heel veel over de liefde en een partner zoeken, namelijk dat het niet draait om de optelsom van kenmerken, maar om gewild worden.”

4 - Herman van Veen: ‘Cirkels’ (1969)

Raf:
“Een vertaling op hoog niveau van een lied van Michel Legrand door tekstschrijver Rob Chrispijn. Dit komt uit vaders platenkast waarmee we opgegroeid zijn. Toen Mich en ik met Kommil Foo begonnen, was Van Veen een grote invloed. In die tijd had hij een heel eigen geluid. Hij bracht, met de hulp van gitarist Harry Sacksioni en pianist Erik van der Wurff, de popmuziek in de wereld van theater en cabaret binnen. Die mix heeft ons geïnspireerd.”

3 - Maurits Pauwels: ‘Wild meisje’ (2016)

Raf:
“Toen ik dit nummer van het alter ego van Mauro Pawlowski onlangs op de radio ontdekte, was ik meteen ontroerd. De compositie en de lijzigheid waarmee hij het zingt zijn fantastisch mooi. Als tekstmens ben ik gecharmeerd door het perspectief in het lied: Mauro vertelt aan zijn kinderen hoe wild hun moeder was toen hij haar leerde kennen.”

Mich:
“Wat Mauro typeert: hij trekt zich nergens iets van aan, hij doet gewoon wat hij wil. Hij is de coole gitarist van dEUS, maar deinst er niet voor terug om iets te maken dat anderen als flauw of sentimenteel zouden bestempelen.”

2 - Maarten van Roosendaal: ‘Mooi’ (2006)

Mich:
“De appreciatie voor dit nummer hangt voor ons samen met de persoon die Maarten was. Wij hebben hem redelijk goed gekend. Zo’n zin als ‘Ach, ik ben goddank dus nog een keer een jonge lente waard’, dat was Maarten ten voeten uit. Hij leefde elke dag op het scherp van de snee.”

Raf:
“Hij was een chansonnier die 1000 procent rock-‘n-roll ademde. Had ook geen schrik voor het grote gebaar en de pathetiek. Heel brelliaans, maar dan in het Nederlands.”

Mich:
“Tegelijk etaleerde hij als tekstschrijver een groot vakmanschap. Achter elk lied school een goed idee.”

1 - Wannes Van de Velde: ‘Stadskoepletten’ (1986)

Mich:
“Mijn lievelingsnummer van Wannes. Het getuigt van een grootsheid, muzikaal én tekstueel. ‘Houd uw billen nu wat stil / draait zo fel niet met uw ogen / houd uw billen nu wat stil / laat uw zuchten nu maar zwijgen / want ge kunt me toch niet krijgen’. Ik heb net nog eens naar de live-versie geluisterd, daar spreekt zo’n maturiteit uit. Als Wannes een gitaar vastpakte en begon te zingen, straalde dat een en al rust en klasse uit. Hij liet niets aan het toeval over. Elke noot en elk woord stond op zijn plaats. En heel de wereld, zowat alle muziekstijlen, zat in zijn werk vervat.”

De Lage Landenlijst is op 7 september te horen op VRT-zender Radio 1. Stem op je favoriete liedjes via de website van Radio 1.

Peter Van Dyck

Peter Van Dyck

Peter Van Dyck is journalist en tekstschrijver. Tussen 1989 en 2006 was hij muziekjournalist bij het jongerentijdschrift Joepie en het weekblad Knack Focus. Vandaag de dag holt hij niet langer de nieuwste hype achterna, maar bewandelt hij de fijnste paadjes van de popgeschiedenis.

Geef een reactie

Lees ook

		WP_Hook Object
(
    [callbacks] => Array
        (
            [10] => Array
                (
                    [000000000000074a0000000000000000ywgc_custom_cart_product_image] => Array
                        (
                            [function] => Array
                                (
                                    [0] => YITH_YWGC_Cart_Checkout_Premium Object
                                        (
                                        )

                                    [1] => ywgc_custom_cart_product_image
                                )

                            [accepted_args] => 2
                        )

                    [spq_custom_data_cart_thumbnail] => Array
                        (
                            [function] => spq_custom_data_cart_thumbnail
                            [accepted_args] => 4
                        )

                )

        )

    [priorities:protected] => Array
        (
            [0] => 10
        )

    [iterations:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [current_priority:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [nesting_level:WP_Hook:private] => 0
    [doing_action:WP_Hook:private] => 
)