De IJzer, 30 jaar later: schoner, natuurlijker, aantrekkelijker en dienstbaarder?
In 1990 schreef Filip Boury voor het jaarboek De Franse Nederlanden-Les Pays Bas Français het artikel ”De IJzer van heldere stroom tot open riool?”. Hij onderzocht daarin hoe het was gesteld met de gezondheid van deze grensoverschrijdende rivier. Nu dertig jaar later maakt hij opnieuw een stand van zaken op.
De titel van het artikel uit 1990 geeft duidelijk de teneur aan. Het ging toen de verkeerde kant op met het IJzerbekken. De versnelde ontwikkeling van de streek vervuilde het water. De waterbeheerders streefden ernaar om het water zo vlug mogelijk naar de zee af te voeren om overstromingen te vermijden en het land zo droog mogelijk te houden voor de landbouw en de bebouwing. De ooit zo boeiende natte natuur verdween. Drinkwaterproductie werd bemoeilijkt. Het regionale vereniging Samenlevingsopbouw Westhoek startte de sensibilisering en het debat op, nadat wetenschappers en milieubeschermers alarm sloegen. De vereniging keek voor lokale actie naar een boeiende ontwikkeling bij de Franse buren. Voorbereid door een lokaal samenwerkingsverband werd daar via evaluatie van de situatie en overleg een “contrat de rivière” uitgewerkt en afgesloten. Voor de Franse IJzer was de procedure opgestart in 1987 door het Comité d’aménagement de la Flandre-Occidentale (CARFO). Grensoverschrijdend werd een gezamenlijk animatieprogramma “IJzer Yser” opgezet”. Het artikel eindigt met de droom om tot een Frans-Belgisch riviercontract te komen.