Damme laat het licht schijnen op Tijl Uilenspiegel
In juni werd het Uilenspiegelmuseum in het West-Vlaamse Damme gerenoveerd. De perfecte gelegenheid om die legendarische figuur met een uitstraling die veel verder reikt dan het Nederlandse taalgebied te (her)ontdekken en (beter) te begrijpen. Welkom in een nieuwe aflevering van onze reeks Passage.
Tijl Uilenspiegel. In Damme kun je niet om hem heen. Overal in de pittoreske straatjes van het stadje kom je hem tegen: op een restaurantgevel, in een souvenirwinkel en natuurlijk ook… in het Uilenspiegelmuseum. Dat prachtige gebouw bevindt zich net naast het even indrukwekkend ogende stadhuis uit de vijftiende eeuw.
Maar wat is nu eigenlijk het verband tussen het schalkse Uilenspiegel-personage en Damme? ‘Het antwoord vind je in het museum’, grapt Jan Hutsebaut, die er al 35 jaar conservator is. En onmiddellijk declameert hij moeiteloos: “À Damme, en Flandre, quand mai ouvrait leurs fleurs aux aubépines, naquit Ulenspiegel, fils de Claes” (In Damme, in Vlaanderen, toen de meimaand de bloesems aan de hagedoorns opende, werd Uilenspiegel, de zoon van Klaas geboren).
© Nicolas Montard
Het zijn de openingszinnen van Till l’Espiègle, een boek dat in 1867 werd geschreven door Charles De Coster. Hij was het die de legende van Tijl Uilenspiegel in Damme plaats liet vinden. Niet zonder reden. Nadat het personage van Tijl omstreeks 1500 werd gecreëerd door de Duitser Hermann Bote, kreeg het in de loop van zijn lange literaire leven verschillende geboorte- en sterfplaatsen toebedeeld: Kneitlingen (in Duitsland), Knesselare en Antwerpen (beide in België), Mölln (in Duitsland)… ‘Volgens een gravure uit 1640 zou Tijl in Damme begraven zijn. Dus, toen er in de zeventiende eeuw in de kerk een graf gevonden werd, waarschijnlijk dat van Jacob van Maerlant, werd het simpelweg toegeschreven aan Tijl. Het werd zelfs zo vermeld op de grafsteen. De Coster baseerde zich dus wel op een aantal feiten…’
Iedereen zijn Tijl
Zulke regionale verschillen illustreren meesterlijk hoe veelvormig een legendarisch figuur kan zijn. Wellicht stonden er van meet af aan al verschillende bestaande personen model voor. Vervolgens werden de avonturen van het personage in de loop der tijd, en afhankelijk van wie ze in beeld bracht, vervormd en getransformeerd. Zo verging het ook Tijls persoonlijkheid. Die evolueerde van speels naar rebels of naar een soort Robin Hood… iedereen zag hem door zijn eigen bril.
Tijls persoonlijkheid evolueerde van speels naar rebels of naar een soort Robin Hood
Dat aspect wordt in het museum van Damme bijzonder goed belicht. Het komt onder meer goed aan bod in de ruimte over de Tweede Wereldoorlog. Van 1940 tot 1941 was het tijdschrift Ulenspiegel in Antwerpen de politieke spreekbuis van de Vlaamse Communistische Partij. In de jaren 1943 en 1944 was Tijl het verzetsblad aan de Universiteit van Gent. Maar tegelijkertijd gebruikten de Waffen-SS een affiche van Tijl voor hun propagandadoeleinden… Het verging en vergaat Tijl een beetje zoals Jeanne d’Arc in Frankrijk: iedereen ziet in hem wat hij wil zien.
© Nicolas Montard
In het charmante Damme, voormalige Brugse voorhaven in de tijd dat het Zwin zich verder landinwaarts uitstrekte, is het vooral de levenskunst van Tijl Uilenspiegel die centraal staat. ‘Er wordt zelfs gezegd dat de inwoners hier allemaal iets van Tijl in zich hebben’, lacht Jan Hutsebaut. In het museum vind je een verzameling van maar liefst 9.000 objecten rond het personage: boeken natuurlijk, maar ook affiches, schilderijen, muntstukken, een reus… Niet alles wordt tentoongesteld, maar de afgelopen jaren kreeg de conservator wel de kans om de hele collectie te herbekijken.
Jan Hutsebaut: ‘Vandaag kennen onze bezoekers Tijl Uilenspiegel niet meer zo goed, onder meer omdat er in de scholen geen echt verplichte lectuur meer is’
De vorige scenografie van het museum, dat werd opgericht in de jaren 1970, dateerde van 1999. Het was hoog tijd om alles te herbekijken en de algemene aanpak te evalueren. ‘Vijfentwintig jaar geleden waren onze bezoekers mensen die Tijl Uilenspiegel kenden. Vandaag is dat niet meer zo, onder meer omdat er in de scholen geen echt verplichte lectuur meer is. Alles moest dus herdacht worden’, legt Jan Hutsebaut uit.
© Nicolas Montard
Het vernieuwde museum is bijzonder didactisch. Bezoekers ontdekken er de wortels en het ontstaan van de legende, de verschillende interpretaties ervan en natuurlijk ook de rol van Charles De Coster.
Onderbenutte grensoverschrijdende dimensie
Met 3.000 à 4.000 bezoekers per jaar is het Uilenspiegelmuseum een belangrijke trekpleister in Damme. Nu de renovatie achter de rug is hoopt de conservator het aantal bezoekers op te trekken naar 5.000 per jaar. De Vlamingen zijn in de meerderheid. ‘Maar er komen hier ook veel Duitsers, voor wie Uilenspiegel belangrijk is, en Franstaligen’, zegt Jan Hutsebaut.
In welke mate is het museum even grensoverschrijdend als het personage (dat tot in Rusland bekend is)? Er waren in het verleden al tentoonstellingen in samenwerking met Duitsland, waar er meerdere musea over Tijl Uilenspiegel zijn. Met Frankrijk gebeurde dat nog niet, ook al hadden de Belgen een tijdlang contacten met de Fransen. ‘Maar dat is niet zo eenvoudig’, betreurt Hutsebaut, die hierin allesbehalve een specifieke Frans-Belgische problematiek ziet. ‘We bevinden ons op slechts enkele minuten van de Nederlandse grens, maar ook hier is het heel moeilijk om samen iets op touw te zetten, terwijl we dezelfde taal spreken.’
© Nicolas Montard
Dat neemt niet weg dat er wel aan buitenlandse bezoekers wordt gedacht. De tekstpanelen in het museum zijn weliswaar niet vertaald, maar er is een Franstalige gids beschikbaar met uitleg over de verschillende zalen. Tegen het einde van het jaar komt er ook een audiogids voor volwassenen, eerst in het Nederlands, en vanaf 2025 ook in het Frans en in het Duits. Een uitstekende reden om het Uilenspiegelmuseum te bezoeken en tegelijkertijd Damme en de omliggende regio te verkennen.
Geef een reactie
Je moet ingelogd zijn op om een reactie te plaatsen.