Context bij cultuur in Vlaanderen en Nederland

Publicaties

Context bij cultuur in Vlaanderen en Nederland

‘Coup de Ville - Chasing Flowers’ in Sint-Niklaas: een delicaat boeket kunstenaars
0 Reacties
© Karin Blanchar
© Karin Blanchar © Karin Blanchar
kunst

‘Coup de Ville - Chasing Flowers’ in Sint-Niklaas: een delicaat boeket kunstenaars

Met Chasing Flowers zet Kunstenplatform WARP de vierde editie van het kunstenparcours Coup de Ville op poten. De tentoonstelling in Sint-Niklaas biedt een blik op thema’s zoals groei en natuur, maar belicht ook verlies en kwetsbaarheid.

In het stadscentrum van Sint-Niklaas kun je op acht locaties een veertigtal kunstenaars ontdekken. Zij maakten heel wat werken speciaal voor Chasing Flowers. Dit kunstenparcours schotelt je een maatschappelijke vraag voor: waarop willen we in de toekomst de klemtoon leggen? Een harde samenleving die gericht is op economie en blinde groei, of een zachte samenleving waarin ruimte is voor menselijkheid en ecologie? Die tegenstelling weerklinkt in het hele parcours: soms zijn de werken erg letterlijk gelinkt aan het thema bloemen, soms staan ze juist in schril contrast met wat natuurlijk is.

Gelaagdheid en geur

Met een stadsplan waarop alle Coup de Ville-locaties staan, start ik het parcours in Kunstenplatform WARP. In de eerste ruimte spot ik meteen het werk dat op de cover van de tentoonstellingscatalogus prijkt: Oceans of Time (2) (2019) van Lennart Rieder. Het is een gelaagd beeld met een knipoog naar graffiti. Aan de oppervlakte zweeft een hyperrealistisch schilderij van bloemen, waaruit stukken gesneden zijn in enkele vloeiende, dikke lijnen. De uitsparingen ontbloten het onderliggende canvas waarop cartooneske figuren voorbijlopen. Het fluokleurige werk Untitled (Jungle) (2016), in dezelfde ruimte en van dezelfde kunstenaar, bedient zich van een soortgelijk contrast in stijlen. Het lijkt alsof een borstelstrook het bijna fotorealistische gebladerte tevoorschijn tovert. Waar het doek niet werd aangeraakt, zie je alleen een vage schets. Dit slimme spel met stijlen en technieken legt een onverwachte harmonie aan de dag.

Hier hangt ook een florale zweem in de lucht, met dank aan geurkunstenaar Peter De Cupere. In de voet van een omgekeerde, uit de kluiten gewassen vaas goot hij een geurmengsel dat de ruimte vult. Je kunt niet anders dan het waarnemen, ook al is er niets te zien. De Cupere duwt zijn kunst graag voorbij het puur visuele en tactiele – geur nestelt zich ook op een sterkere manier in het geheugen dan beeld.

Groei en menselijkheid

In de tuin van WARP zorgt Maria Roosen met haar Spiegelborsten (2008) voor de blikvanger. Ik lees dat ze de groeikracht van de boom in de verf wil zetten: natuur, vruchtbaarheid en menselijke lichamelijkheid in één humoristische beeld. Roosen maakte voor Chasing Flowers ook een uit glazen piemels opgetrokken boom. Haar Roze boom (2020) spot ik later in de Salons voor Schone Kunsten. De Spiegelborsten staan in de WARP- tuin trouwens in mooi contrast met de zachtheid van Sofie Mullers vernieuwde Jesse (2020). In de oorspronkelijke versie keek de puber naar een spoor van bloed, nu laat hij een lijn bloemen achter.

Locatie nummer vijf is vlakbij, dus dat wordt mijn tweede stop. In een privéwoning in de Walburgstraat is werk van Laura Fitzgerald te zien. Wanneer ik binnenstap, ben ik even in de war. De pas afgeworpen schoenen in de gang doen mij twijfelen of ik niet per ongeluk zomaar iemands huis ben ingewandeld. Het is écht een privéwoonst, en na enkele seconden treuzelen heet een vriendelijke dame mij welkom en kan ik Fitzgeralds gedetailleerde werk van naderbij bekijken. Ze maakte een reeks tekeningen die de strijd tussen landbouw en landschap – en de macht die daarmee gepaard gaat – in beeld brengen.

Blik op een alternatieve wereld

Mijn volgende bestemming is de Stationsstraat. In een voormalig winkelpand overheersen grote houtskooltekeningen uit de reeks E.D.E.N. (2019) van Benny Luyckx de ruimte. Luyckx gaat op zoek naar het aards paradijs. De zwart-witbeelden slokken je op en nodigen je uit in een donkere wereld waarin mysterieuze rasters opduiken. Is dit een blik op een mistroostige toekomst waarin de natuur nog altijd stiefmoederlijk behandeld wordt? De rasters verwijzen naar computergames, lees ik, en zo zet de kunstenaar digitaal escapisme op gelijke voet met het geloof in een aards paradijs.

Toch trekt vooral Panoptica I (2020) van Pieter Léon Vermeersch mijn aandacht. De lichtgevende sculptuur is een maquette van een fictief stuk architectuur. Het design zweeft tussen gotisch en futuristisch in, wat typisch is voor deze kunstenaar. Binnenin zit een woestijnroos gevangen, als knipoog naar de relatie tussen natuur en architectuur. Met zijn stedenbouwkundige werk wil Vermeersch het creatieve denken over onze toekomstige samenleving een boost geven.

Een ander werk in deze ruimte dat een plaats in mijn geheugen heeft veroverd, is Flower Flames (2020) van Ibe Ryde. Haar video brengt ons weer volledig terug bij het bloementhema, al is het beeld dat Ryde heeft samengesteld niet zo fleurig. De bloemen gaan in slow motion in vlammen op, terwijl je op de achtergrond het vuur hoort grommen.

Haar multidimensionale werk is even esthetisch als krachtig. Ryde baseerde de weergave van de bloemen op vanitascomposities van oude meesters in de schilderkunst. Maar haar benadering van verval, dood en leven is eigentijds. Ze zoekt de grens op tussen artificieel en natuur door bloemen te kiezen die in verschillende seizoen bloeien. Op de koop toe zijn de bloemen in de video van plastic.

Exotisch versus onkruid

Als ik in de Salons voor Schone Kunsten een favoriet stuk moet kiezen, dan is het Paradisio IV (2017) van Filip Vervaet. Vervaets omgang met gekleurd licht zorgt hier zoals altijd voor een unieke relatie tussen de ruimte en het werk. De combinatie van glas met kleurfilter en brons maakt de sculptuur deels tastbaar en deels vluchtig. Op de bronzen exotische planten zie je trouwens nog de vingerafdrukken van de kunstenaar. Vervaet presenteert ons het paradijs, maar we kunnen het niet echt betreden. Zijn werk heeft ook een psychedelisch kantje, en dat is niet toevallig: Vervaet wil ons wijzen op alternatieve realiteiten die ons tijdens onze dagelijkse bezigheden ontgaan.

In een andere kamer op de benedenverdieping vind je een sculptuur van Lois Weinberger, natuurkunstenaar bij uitstek. Centraal in de kamer staat Green Man (2015), de versie uit de collectie van het S.M.A.K. in Gent. Het liggende mannetje met erectie is opgetrokken uit niet anders dan gedroogde distelbloemen. Om het vastgeroeste idee dat natuur en cultuur tegenhangers zijn van elkaar bij te stellen, maakt Weinberger kunst uit wilde planten en onkruid. Zo laat hij natuur en cultuur samenvallen.

Details maken het af

Op de eerste verdieping van de Salons voor Schone Kunsten bots ik op Magnolia (2020) van Marie Cloquet. Het bestaat uit grote zwart-wittekeningen die de volledige breedte van de muren bedekken, en die speciaal voor Coup de Ville zijn gemaakt. Met dit werk focust Cloquet op de bloem uit de titel, de magnolia. Van die bloem wordt gedacht dat ze zo’n 66 tot 145 miljoen jaar oud zijn. Een soort oerbloem, dus, en dat is meteen de reden waarom de kunstenares uitgerekend deze soort met aandacht voor detail heeft getekend. Het beeld leeft en doet fotografisch aan door de korreligheid die Cloquet in haar tekeningen laat sluipen.

Ook Bambi’s Perspective (2020) van Grace Ellen Barkey is ter gelegenheid van deze tentoonstelling gemaakt en strekt zich over twee ruimtes uit. In het midden van de eerste ruimte ligt een fluogele cirkel waarop gedroogde bladeren zijn aangebracht. De felle kleur vindt een echo in de video en in de tekeningen die het raam bekleden. De installatie loopt verder tot in de badkamer ernaast, een ruimte die niet museaal maar huiselijk aandoet. Kleine details laten Barkleys installatie samensmelten met de ruimte – weer die confrontatie tussen natuur en mens.

Plaats voor grote werken...

Na de Salons voor Schone Kunsten kom ik bij de Collegekerk. Helemaal achteraan doemt Flower Fragum Cardamomi (2011) op, een geursculptuur van negen meter hoog van, alweer, Peter De Cupere. Normaal moet je krabben aan uitstulpende aardbeitjes, zodat er aardbeigeur vrijkomt, maar helaas is dat niet coronaproof. Toch blijft het een indrukwekkend gevaarte. De sculptuur is hol om er champignons in te laten groeien. Dat verklaart ook waarom de groene mastodont op potgrond rust.

Voor je naast de installatie van De Cupere kunt gaan staan, moet je voorbij enkele grote florale doeken van Marc Maet (1955-2000). Die hangen niet gewoon aan een muur, maar staan in de ruimte opgesteld als een soort labyrint. Dat is best treffend als je weet dat Maet er prat op ging in de schilderkunst te wonen. De reusachtige geschilderde rozen doen je haast vergeten hoe depressief hij was. Nog pakkender wordt de opstelling wanneer op een van de doeken een groot aidsvirus opdoemt. Het virus echoot de schaal en de vorm van de rozen, als waren het kermisspiegelbeelden van elkaar. Dit beeld herinnert ons ook weer aan dat andere virus, dat ervoor zorgt dat we niet aan De Cuperes aardbeitjes mogen krabben

… en voor intimiteit

De laatste locatie die ik aandoe, is de Vierkante Zaal in de Paul Snoekstraat. De installatie Fresh Pain (2020) die Boris Beja bedacht voor Coup de Ville is hier prominent aanwezig. Op, in en rond allerlei meubilair heeft hij vazen en cirkels met bloemblaadjes geplaatst. Het is een heel intiem werk. Beja gebruikte restjes klei uit zijn atelier en een liefdesboeket dat hij bewaarde, om het pijnlijke van een gemist moment in de verf te zetten. Ook persoonlijk is de serie postkaarten van Robert Mitchell. Als nomade trekt hij door Europa en intussen maakt hij kleine aquarellen die hij als postkaart opstuurt naar een paar uitverkorenen. Curator Stef Van Bellingen is een van die gelukkige ontvangers, en hij vroeg Mitchell een reeks te maken voor Coup de Ville. Het resultaat: Flowers for Coup de Ville (2019-2020), een gevoelige collectie bloemenschilderijtjes en één zelfportret.

WARP heeft van Coup de Ville een interessant parcours gemaakt op een moment dat iets organiseren voor publiek geen sinecure is. Daar komt bij dat ze een ietwat stoffig klinkend thema op een boeiende manier hebben ingevuld met kunstenaars die even divers als relevant zijn. De vele werken die speciaal voor het parcours bedacht zijn, geven extra gewicht aan de tentoonstelling. Het is een delicate en doordachte presentatie die de expositie meer maakt dan louter een verzameling kunstobjecten, net zoals er achter het thema “bloemen” meer bleek te schuilen dan verwacht.

Website Coup de Ville - Chasing Flowers

Aanmelden

Registreer je of meld je aan om een artikel te lezen of te kopen.

Sorry

Je bezoekt deze website via een openbaar account.
Je kunt alle artikelen lezen, maar geen producten kopen.

Belangrijk om weten


Bij aankoop van een abonnement geef je toestemming voor een automatische herabonnering. Je kunt dit op elk moment stopzetten door contact op te nemen met emma.reynaert@onserfdeel.be.