Brandt ons huis af? ‘De zaak Shell’ van Nuyens en De Wit
Theatermakers Anoek Nuyens en Rebekka de Wit maakten De zaak Shell, een voorstelling over de Brits-Nederlandse energiegigant en zijn rol in de klimaatcrisis. Het is een van de relevantste stukken die onze recensent de afgelopen tijd zag: ‘een doorwrocht en intelligent concept dat niet alleen een beroep doet op het begrip van de toeschouwer, maar ook op zijn of haar persoonlijke verantwoordelijkheid’.
Hoeveel weten wij, als gewone burgers, eigenlijk van de geschiedenis en de huidige stand van zaken van een onderneming als Shell? Wie het nieuws volgt, kan wellicht iets vertellen over de onlangs gepubliceerde, onverwacht hoge winst van het bedrijf in het derde kwartaal van 2020. Daarnaast is er mogelijk enige kennis over de olieramp die ooit plaatsvond in de Nigerdelta. En zo borrelen nog wat losse feiten op.
Maar onze kennis en onze aandacht sneeuwen onder in de verpletterende hoeveelheid nieuws, waarin corona, islamitisch terrorisme en Amerikaanse presidentsverkiezingen voorlopig de hoogste prioriteit hebben.
Onlangs ging De zaak Shell in première, een coproductie van De Nwe Tijd uit Antwerpen en Frascati Prodcuties in Amsterdam. Frascati is naast een theater, namelijk ook een productiehuis dat zich richt op voorstellingen met een min of meer documentair karakter, doorgaans inclusief een uitgebreide randprogrammering. Onder de noemer Frascati Issues worden actuele thema’s onderzocht in nauwe samenwerking met maatschappelijke organisaties en deskundigen ter zake.
Aandacht voor het grootkapitaal
Theater is bij uitstek de plek om de waan van de dag te doorbreken en door te dringen tot de apathie en de onverschilligheid die ons te midden van alle mondiale en nationale hectiek murw heeft geslagen. Met gemengde gevoelens denk ik terug aan de schaamteloze directheid waarmee vormingstheatergroepen in de jaren 1970 de kwestieuze praktijken van het grootkapitaal onder de loep namen, van de strokartonindustrie in Oost-Groningen tot de DAF-fabrieken in Eindhoven.
Linkse hobbyisten, zo zouden dergelijke collectieven in onze tijd worden genoemd, misschien niet eens altijd onterecht.
Voor mij en de generatiegenoten die een zeker heimwee koesteren naar dergelijk “demonstratief” theater heeft het afgelopen decennium weer voldoende te bieden. Een voorstelling als De prooi van het Nationale Toneel (inmiddels Theater) bijvoorbeeld heeft met het vormingstheater minimaal de journalistieke focus op de actualiteit en de aandacht voor het grootkapitaal gemeen.
En er zijn natuurlijk de mannen die zich De Verleiders noemen en die “vlijmscherpe theaterstukken over de moraal aan de top van het bedrijfsleven en onze financiële hygiëne” brengen.
En wat we sinds een paar dagen dus óók hebben: De zaak Shell. Maar eigenlijk moet ik schrijven “hadden” in plaats van “hebben”, want van overheidswege gingen de deuren van het theater, dus ook van Frascati, woensdagavond 4 november om klokslag tien uur dicht: uitvloeisel van de nieuwe coronamaatregelen.
Sober, maar functioneel
Op de dinsdag daaraan voorafgaand was ik aanwezig bij de voorstelling die theatermakers Anoek Nuyens en Rebekka de Wit over de Brits-Nederlandse energiegigant maakten. Erik Whien deed de eindregie.
Wie die eerste voorstellingen niet bij kon wonen, kon het evenement nog een paar keer via een livestream volgen, maar van de geplande tournee door Nederland en België moest voorlopig deels worden afgezien. Hopelijk lukt het de makers een creatieve oplossing te vinden om hun verhaal alsnog ruim in de publieke sfeer te krijgen: het is er belangrijk genoeg voor.
Nuyens en De Wit pleegden voor De zaak Shell uitgebreide research en anticiperen op de rechtszaak die binnen een paar maanden zal plaatsvinden. Daarin eist Milieudefensie dat Shell de bedrijfsvoering radicaal verandert en stopt met het veroorzaken van wereldwijde klimaatschade.
Het tweetal volgt het klimaatdebat al jarenlang op de voet en komt zeer goed beslagen ten ijs, met een doorwrocht en intelligent concept dat niet alleen een beroep doet op het begrip van de toeschouwer, maar ook op zijn of haar persoonlijke verantwoordelijkheid.
Met het principe show, don’t tell had het vormingstheater van vroeger bar weinig op, wat de voorstellingen soms het karakter gaf van een college, en dan ook nog gortdroog, drammerig en humorloos.
Dergelijke valkuilen weet De zaak Shell met glans en glorie te omzeilen. Aankleding en mise-en-scène zijn sober, maar buitengewoon functioneel, en meteen al onder de inleiding van Nuyens en De Wit klopt een warm hart en de monologen van de gelauwerde acteurs die dan volgen, worden met flair en verve gespeeld.
Individuele pleitredes
Jaap Spijkers als CEO van de multinational trapt af, een gesoigneerde man in een strak gesneden pak. Welbespraakt zet hij zijn gehoor op het verkeerde been door Shell te afficheren als een instantie die zich wel degelijk inzet voor duurzame energie en een CO2-arme toekomst. Kom daar maar eens om bij de andere oliegiganten, als Gulf of Total. Bovendien: ons pensioengeld zit voor een groot deel in Shell en we willen toch heel graag van a naar b met onze auto, en daarvoor hebben we nou eenmaal een volle benzinetank nodig. Enzovoort.
En dan is hij ook nog eens openlijk over zijn salaris van 23.000 euro per dag (het weekend meegeteld). Een klootzak, het stempel waarvan hij vermoedt dat het gehoor hem dat toedicht, is hij misschien niet, maar wel een teflonman die elke kritiek moeiteloos van zich af laat glijden.
© Karin Jonkers
Daarna komt Janneke Remmers in een dubbelrol als achtereenvolgens een consument die zich verdedigt voor haar koopgedrag en een politica die het functioneren van de overheid toelicht.
Als consument schuift ze haar verantwoordelijkheid af op de commercie die haar in de MediaMarkt met een trilplaat naar huis stuurt, terwijl ze eigenlijk een printer nodig had. Als politica pleit ze zich vrij door sterk te focussen op de mitsen en maren die een democratie nou eenmaal aankleven.
Jaap Spijkers keert na Remmers terug als burger: hij transformeert in een leraar maatschappijleer die zijn leerlingen iets wil leren, maar vooral hoop wil bieden in een tijd van onzekerheid en verwarring.
© Karin Jonkers
De jonge Musia Mwankumi, student aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Gent, sluit af als het gezicht van de toekomstige generatie met een authentiek verslag van haar deelname aan de wekelijkse klimaatprotesten, zoals die aan het begin van 2019 in Gent en elders plaatsvonden.
Direct na haar monoloog neemt “de aarde” het heft in handen: een licht dat dooft, verspreide kledingstukken, een paar schoenen, een indringende soundscape die zowel dreiging oproept als een verlangen naar iets moois wat er niet meer is en nooit meer zal zijn. Een trefzekere metafoor, waardoor een diep verdriet zich nestelt in de ziel van de toeschouwer.
Tussen hoop en wanhoop
Gelukkig heeft het duo dat zich in de materie verdiepte en dat de basis legde voor deze voorstelling nog een epiloog in petto. De doem van een onomkeerbare klimaatcrisis – die in het voorgaande vooral als een verantwoordelijkheidscrisis is voorgesteld – moet haast wel leiden tot wanhoop.
Maar met die boodschap willen Nuyens en De Wit ons niet naar huis sturen. Spijkers en Remmers hebben vanavond hun rollen gespeeld, Mwankumi en zijzelf kropen niet in de huid van een ceo, burger, consument of politica, maar vertelden hun persoonlijke verhaal. En dat gaat verder.
In de speech van de ceo ging het over een huis, een brandend huis, waar iedereen naar staat te kijken, zonder verantwoordelijkheid te nemen, zonder naar een emmer met bluswater te grijpen. Zal dat huis inderdaad tot de grond toe afbranden? Of kan die catastrofe toch nog worden afgewend? Het vraagt om een breed gevoelde erkenning van de noodzaak tot samenwerking.
© Karin Jonkers
Om op dat pad te raken, is een nieuwe taal, een nieuwe grammatica nodig, die gedachten omzet in daden, daden in gewoontes, gewoontes in waarden – en het zijn die waarden die onze lotsbestemming bepalen.
De klimaatcrisis is een onderwerp dat ons allemaal aangaat. De zaak Shell is goed gedocumenteerd, heeft dankzij de kwaliteit van de monologen een verrassende dynamiek en is razendknap doordacht in de manier waarop het geheel is vormgegeven. Het is de relevantste voorstelling die ik in maanden gezien heb.
Website Frascati (met toekomstige speeldata)