Biecht van een moeder. ’Nachtouders’ van Saskia de Coster
In 2013 verscheen Wij en ik, de eerste familieroman van Saskia De Coster, met in de hoofdrol een ongelukkig, Vlaams gezin. Zes jaar later is er een tweede familieroman, maar deze keer is de blik inwaarts gericht. In Nachtouders
maakt De Coster niet alleen kanttekeningen bij haar eigen opvoeding, maar stelt ze ook haar eigen, prille moederschap in vraag. Hoe word je een goede moeder? En wil ze dat eigenlijk wel?
De autobiografische insteek van Nachtouders
is van meet af aan duidelijk. De protagonist heet Saskia, leeft van haar pen en is de lesbische meemoeder van Saul, het zoontje dat haar vriendin Juli zo graag wou. Met z’n drieën ondernemen ze een roadtrip naar Alaska. Onderweg houden ze even halt in Portès, een paradijselijk hippie-eiland waar Karl, de biologische vader van Saul, vandaan komt. Karls moeder Molly, een stereotiepe moederkloek in mosgroene jurken, verwelkomt hen met open armen.