Context bij cultuur in Vlaanderen en Nederland

Publicaties

Context bij cultuur in Vlaanderen en Nederland

Arnold Meijer: priesterstudent, fascistenleider, horecaondernemer
0 Reacties
recensie
geschiedenis

Arnold Meijer: priesterstudent, fascistenleider, horecaondernemer

Net als veel jonge katholieke tijdgenoten werd Arnold Meijer in de jaren 1920 gegrepen door het Italiaanse fascisme en zijn leider Mussolini. Hoewel hij in publicaties hoog van de toren blies, bereikte Meijer niets, zo blijkt uit de biografie Storm op den staat!. Zijn partij Zwart Front raakte niet in de Tweede Kamer en werd zelfs verboden door de Duitse bezetter.

Arnold Meijer (1905-1965) was de jongste uit een gezin van zeven kinderen. Een ouder broertje dat net als hij Arnold heette, was vijf maanden voor zijn geboorte overleden, nog geen anderhalf jaar oud. Meijers vader en grootvader waren boer in de Haarlemmermeer en deden goede zaken. Na het overlijden van zijn vader in 1923 erfde hij bijna een ton. Hij zat op dat moment op het opleidingsinstituut voor priesters van de paters Kruisheren in Uden. Omdat het zijn ambitie was seculier geestelijke te worden, ging hij aan het begin van het schooljaar 1924 naar het kleinseminarie Hageveld in Heemstede. Na zijn eindexamen in 1926 ging hij naar het grootseminarie in Warmond. Hij was toen eenentwintig, betrekkelijk oud voor een beginnend priesterstudent.

In de vijf jaar die hij op het grootseminarie doorbracht, werd hij maatschappijbewust en ontwikkelde hij belangstelling voor politieke ideologieën. Eerst verdiepte hij zich in het bolsjewisme, maar gaandeweg raakte hij meer en meer onder de indruk van het fascisme, een geheel nieuwe maatschappelijke stroming met als meest kenmerkende element het corporatisme. Om dat te verwezenlijken en in stand te houden moest aan het hoofd van de staat een autoritair leider staan. Meijer meende dat hij geschikt was om zo’n leidersrol te vervullen. Hij correspondeerde met diverse personen, onder wie de priester Wouter Lutkie, een fanatieke bewonderaar van Mussolini en aanhanger van het Italiaanse fascisme.

Meijers geringe volgzaamheid wekte steeds meer ergernis op bij de preses van het grootseminarie en deed hem uiteindelijk besluiten dat er voor de eigenzinnige student geen toekomst als priester was weggelegd. In januari 1931 werd hem te verstaan gegeven dat hij zijn opleiding moest staken en het seminarie diende te verlaten. Zo stond hij op straat, bijna zesentwintig jaar oud, zonder dat hij een opleiding voltooid had.

Hoewel deze episode in de biografie die André van Noort over hem schreef slechts twintig pagina’s in beslag neemt, heb ik er zo lang bij stilgestaan omdat deze jaren van doorslaggevende betekenis zijn geweest voor het verdere leven van Arnold Meijer. Ze hebben hem gevormd en een stempel gedrukt op de loop van zijn carrière.

Na zijn seminarietijd bleef Meijer nog enige tijd vasthouden aan zijn denkbeeld om priester te worden, maar nadat hij in januari 1933 een afwijzende brief van de bisschop van Haarlem had ontvangen, legde hij zich erbij neer dat dit ideaal voor hem onbereikbaar was geworden. Wel is hij ongehuwd gebleven.

Het fascisme was in Meijers ogen ‘de enigst werkelijke katholieke politiek’

Tussen 1931 en 1934 reisde hij veel, onder andere naar Italië en Frankrijk, waar hij werkte bij een arme naar dat land geëmigreerde Nederlandse boer. In dezelfde tijd zette hij zijn ideeën over het fascisme, in zijn ogen “de enigst werkelijke katholieke politiek”, op papier. Dat resulteerde in het begin maart 1932 verschenen boek Wij vergaan. In een bespreking in het dagblad De Tijd (16 maart 1932) oordeelde Anton van Duinkerken: “Dit boek is namelijk tot dusver het meest leesbare, het meest heldere en vooral het best gebouwde geschrift, dat uit de kringen der jonge katholieke fascisten voortkwam.” Met zijn denkbeelden was hij het overigens niet eens.

In 1933 volgde de brochure Waarheen? Fascisme R.K. Staatspartij, een felle aanval op de Roomsch-Katholieke Staatspartij (RKSP). Uiteindelijk bracht dat hem ertoe zelf daadwerkelijk politiek actief te worden. Hij meldde zich aan als lid van de Algemeene Nederlandsche Fascisten Bond, maar kreeg al gauw ruzie met de leiding. Om die reden besloot hij in 1934 tot de oprichting van een eigen politieke partij, Zwart Front.

Zwart Front, dat eind 1939 met het oog op het werven van een nieuw soort leden werd omgedoopt in Nationaal Front, was een partij op zuiver fascistische grondslag, geheel ingericht naar de inzichten van Meijer, met hem als (autoritaire) leider. Dit was een bron voor telkens nieuwe conflicten, zowel binnen de partij als met concurrerende partijen zoals de veel grotere Nationaal-Socialistische Beweging (NSB). Ook met justitie lag Meijer herhaaldelijk overhoop wegens het beledigen van regeringsfunctionarissen. Hij is daar een aantal malen voor veroordeeld.

Hoe hoog Meijer ook van de toren blies, iets bereiken deed hij niet. Zo is de partij er nooit in geslaagd een zetel in de Tweede Kamer te veroveren. Na de Duitse inval raakte Nationaal Front verder op een zijspoor. Omdat de partij openlijk tegen een opgaan in het Duitse Rijk was, kozen de bezetters voor samenwerking met de NSB en werd zij in december 1941 verboden. Daarmee was de rol van Meijer als politicus uitgespeeld. Hij trok zich terug in Oisterwijk en kocht daar een stuk grond waar hij een champignonkwekerij begon. Hoewel hij zich afzijdig hield van alle politieke activiteiten, werd hij door de Duitsers scherp in de gaten gehouden.

Op 27 oktober 1944 werd Oisterwijk bevrijd en op dezelfde dag werd Arnold Meijer gearresteerd. Hij begreep niet waarom hij vastgehouden werd, naar zijn overtuiging had hij zich met Nationaal Front juist verzet tegen de vreemde overheerser. In het boek Alles voor het vaderland (1946) zette hij zijn motieven uiteen. Nadat hij bijna een jaar voortvluchtig was geweest (hij was in mei 1945 ontsnapt uit kamp Vught), meldde hij zich half april 1946 vrijwillig bij justitie. Hem was beloofd dat zijn zaak spoedig behandeld zou worden, zodat hij voor Pasen thuis zou zijn. Dat liep echter anders: na uitgebreid onderzoek van de openbaar aanklager volgde op 12 juni de terechtzitting en veertien dagen later het vonnis. Meijer werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaar (na hoger beroep werd die teruggebracht tot vier jaar) en ontzetting uit zijn kiesrechten voor tien jaar.

Na zijn vervroegde vrijlating in juli 1948 vestigde Meijer zich weer in Oisterwijk. Hij zette de champignonkwekerij voort tot 1955, in dat jaar startte hij een horecaonderneming: een bungalowpark met bijbehorend hotel-café-restaurant. Politieke activiteiten ontwikkelde hij niet meer. Wel trad hij toe tot het bestuur van de VVV in zijn woonplaats waar hij diverse initiatieven ontwikkelde. Kort na zijn zestigste verjaardag is hij onverwacht overleden.

Voor zijn beschrijving van het leven van Arnold Meijer heeft André van Noort uitgebreid onderzoek gedaan in een groot aantal archieven die zich in verschillende archiefinstellingen bevinden. Ook heeft hij gebruikgemaakt van vele artikelen uit contemporaine kranten. Daarnaast had hij ook de beschikking over de brieven die Meijer aan zijn oudste broer en diens vrouw stuurde, net als andere documenten uit particuliere collectie. Daardoor is het een gedegen boek geworden dat echter niet altijd even vlot leest.

En sommige vragen blijven onbeantwoord: wat was bijvoorbeeld Meijers relatie met Paula Kortekaas (1912-1962), die helemaal aan het slot van de biografie plotseling opduikt en over wie hij kort na haar overlijden schreef:

Een van de weinige vrouwen, waarvan ik veel heb gehouden. Steeds denkend aan anderen en zelden aan zichzelf. Altijd zorgzaam en goed voor mij. […] Ik zal zeker dikwijls aan haar denken, als een goede, lieve, behulpzame vriendin.

En in het in memoriam voor het blad Aristo- tekende hij op over de brieven die hij van haar ontving:

De brieven zijn zó persoonlijk, dat deze in brede kring bekend te maken de innige band, die tussen ons bestond, zou verbreken. En de herinnering aan deze band wens ik als een kostbare schat te bewaren.

Ik zou graag hebben willen weten wat er in die brieven stond.

André van Noort, ‘Storm op den Staat!’ Arnold Meijer 1905-1965. Een biografie van een fascistenleider, Verloren, Hilversum, 2022, 256 p.
Aanmelden

Registreer je of meld je aan om een artikel te lezen of te kopen.

Sorry

Je bezoekt deze website via een openbaar account.
Je kunt alle artikelen lezen, maar geen producten kopen.

Belangrijk om weten


Bij aankoop van een abonnement geef je toestemming voor een automatische herabonnering. Je kunt dit op elk moment stopzetten door contact op te nemen met emma.reynaert@onserfdeel.be.